Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

Édouard PARYSarchitect1889

Stijlen

Neo-Vlaamse renaissance

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)
  • Het monumentale erfgoed van België. Sint-Gillis (DMS-DML - 1997-2004)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

1997-2004

id

Urban : 1528
lees meer

Beschrijving

Huis met neo-Vlaamse renaissance-inslag gesigneerd op gevel ‘Éd(ouard). Parys Arch.', 1889.

Drie bouwlagen en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Bakstenen gevel met witstenen elementen. Smalle centrale toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht.. Zijtraveeën in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden. met in tweede bouwlaag balkon met balustradeHekwerk van spijlen of balusters.. Muuropeningen rechthoekige, op benedenverdieping in omlijsting met hoekblokken, in hoogste bouwlaag onder rondboogBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft. met archivoltGeprofileerde of versierde omlijsting van een boog.. Zijtraveeën verschillend uitgewerkt. Bredere linkertravee met venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. tussen pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel.; in laatste bouwlaag, tweelicht onder ontlastingsboogBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast., met borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met balustersVaasvormige spijl van een borstwering.; hoge topgevelHoogste deel van een gevel, vaak driehoekig en/of getrapt. met ankers, onder bekroning met gebogen frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.. Smallere rechtertravee bekroond door tentdak, met makelaar1. Versiering op de nok van een dak in de vorm van een decoratieve metalen, terracotta of houten stang; - 2. Middenstijl van een dakspant. en windwijzer. Bewaard schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... .

Bronnen

Archieven
GASG/DS 884 (1889).