Typologie(ën)
driegevelvilla
woning met kunstenaarsatelier
woning met kunstenaarsatelier
Ontwerper(s)
DELBRASSINE – (meester-)metselaar, aannemer, architect – 1922
Stijlen
Art deco
Inventaris(sen)
- Het monumentale erfgoed van België. Schaarbeek (Apeb - 2010-2015)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
Onderzoek en redactie
2012-2013
id
Urban : 21932
Beschrijving
Villa in art decoTendens tot de geometrisering van vormen en architecturale ornamenten die zich uitdrukt in het materiaal- en kleurgebruik., ontworpen door architect Delbrassine i.o.v. beeldhouwer G. Vandevoorde, 1922.
Vormt samen met nr. 28 een bijzonder homogeen paar villa's ontworpen in hetzelfde jaar.
Halfopen gebouw met oorspronkelijk vooraan een woonvolume van twee bouwlagen onder schilddakDak met twee driehoekige dakvlakken aan de smalle zijde en twee trapeziumvormige aan de lange zijde. en, achteraan, een tweede langwerpig en lager volume onder hoog zadeldakDak met twee hellende dakvlakken. met daklichten, met hierin het atelier van de beeldhouwer en een tentoonstellingsruimte. In 1983 werd het volume achteraan grondig gewijzigd en voorzien van een verdieping met dezelfde hoogte als het volume vooraan, onder mansarde en plat dak dat ook het achterste gedeelte van het volume vooraan bedekt.
Gevel van het volume vooraan in oranjekleurige baksteen met elementen in similiBepleistering ter imitatie van natuursteen. en witsteen. De meeste muuropeningen zijn rechthoekig, met twee monelenStenen vensterstijl. of dubbel kruisraam. Drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op de voorgevel, de laatste inspringend onder topgevelHoogste deel van een gevel, vaak driehoekig en/of getrapt., achter een portiek1. Open galerij of zuilengang waarvan het dak op zuilen of arcades rust; - 2. Classicistische ruimte vóór een toegangsdeur die terugspringt of niet gelijk is met de voorgevel; - 3. Samenstel van twee zuilen onder architraaf die overgang tussen twee ruimtes accentueert. met rondbogige arcadeEén of meerdere bogen, steunend op zuilen of pijlers; kan ook blind zijn., onder lessenaarsdakDak bestaande uit één hellend dakvlak.; bas-reliëfs met engeltjes. Twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op de zijgevel, de tweede als trapezoïdale voorbouw; bakstenen zaagtandfriezen op de hoeken. Breed uitkragende kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). bewaard. Kleine veelhoekige dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. onder drieledig dak. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... vervangen. Eigendom afgesloten door een heg en een vervangen toegang.
Vormt samen met nr. 28 een bijzonder homogeen paar villa's ontworpen in hetzelfde jaar.
Halfopen gebouw met oorspronkelijk vooraan een woonvolume van twee bouwlagen onder schilddakDak met twee driehoekige dakvlakken aan de smalle zijde en twee trapeziumvormige aan de lange zijde. en, achteraan, een tweede langwerpig en lager volume onder hoog zadeldakDak met twee hellende dakvlakken. met daklichten, met hierin het atelier van de beeldhouwer en een tentoonstellingsruimte. In 1983 werd het volume achteraan grondig gewijzigd en voorzien van een verdieping met dezelfde hoogte als het volume vooraan, onder mansarde en plat dak dat ook het achterste gedeelte van het volume vooraan bedekt.
Gevel van het volume vooraan in oranjekleurige baksteen met elementen in similiBepleistering ter imitatie van natuursteen. en witsteen. De meeste muuropeningen zijn rechthoekig, met twee monelenStenen vensterstijl. of dubbel kruisraam. Drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op de voorgevel, de laatste inspringend onder topgevelHoogste deel van een gevel, vaak driehoekig en/of getrapt., achter een portiek1. Open galerij of zuilengang waarvan het dak op zuilen of arcades rust; - 2. Classicistische ruimte vóór een toegangsdeur die terugspringt of niet gelijk is met de voorgevel; - 3. Samenstel van twee zuilen onder architraaf die overgang tussen twee ruimtes accentueert. met rondbogige arcadeEén of meerdere bogen, steunend op zuilen of pijlers; kan ook blind zijn., onder lessenaarsdakDak bestaande uit één hellend dakvlak.; bas-reliëfs met engeltjes. Twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op de zijgevel, de tweede als trapezoïdale voorbouw; bakstenen zaagtandfriezen op de hoeken. Breed uitkragende kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). bewaard. Kleine veelhoekige dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. onder drieledig dak. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... vervangen. Eigendom afgesloten door een heg en een vervangen toegang.
Bronnen
Archieven
GAS/DS 81-26.