Typologie(ën)

appartementsgebouw

Ontwerper(s)

Henri WELLENSarchitect1925

Stijlen

Beaux-Artsstijl

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Het monumentale erfgoed van België. Etterbeek (DMS-DML - 1994-1997)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

1993-1995

id

Urban : 14231
lees meer

Beschrijving

Imposant hoekgebouw (Jachtlaan), waarvoor bouwaanvraag van 1925, op begane grond gesigneerd "HRI WELLENS / ARCHITECTE".

Omvat vier bouwlagen onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. (leien). Verzorgd gevelfront in rode baksteen op bepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. en beschilderde onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. met gebruik van bepleistering voor bow-windowsErker (afk. Engels, van bow: buiging, en window: venster) die door haar gebogen vorm integrerend deel uitmaakt van de gevel en de achterliggende ruimte., erkeruitbouw, pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. en vleugelstukken. HoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden. belijnd door pseudo-kettingen. Begane grond met blauwe hardstenen plint, waarin diverse keldermonden ; in linker gevel twee rondboogvensters en korfboogdeur ; in hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. winkelpui ; uiterst rechter traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) smalle rondboogdeur. Op verdiepingen linker gevel geaccentueerd door twee oplopende bow-windowsErker (afk. Engels, van bow: buiging, en window: venster) die door haar gebogen vorm integrerend deel uitmaakt van de gevel en de achterliggende ruimte., horizontaal geleed door vensterregistersDoorlopende horizontale aaneenschakeling van vensters. en doorgetrokken lekdrempels en versierd met sleutels, festoenenAan strikken of linten opgehangen slinger van gehouwen of gesneden vruchten en loofwerk, vaak met neerhangende uiteinden. en verdiepte borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. In mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. twee dakvenstersUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is. begrensd door fraai uitgewerkte pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. en vleugelstukken. Boven deur achtereenvolgens drie rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. en een halfrond licht ; geprofileerde spiegels op de borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. ; in mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. œil-de-bœuf. In hoekpartij monumentaal gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. geleed door horizontaliserende vensterregistersDoorlopende horizontale aaneenschakeling van vensters. met ijzeren leuning en kordons en geritmeerd door pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. met composietkapitelen ; mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. met tweelicht bekroond door een gebogen frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening. met fraaie vleugelstukken. Uiterst rechts verdiepingen verlicht door drie smalle schuifvensters met spiegelversiering op de borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Eenvoudig houten dakvensterUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is.. Vrij gaaf bewaard raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. met kleine roedenverdeling boven de tussen- en wisseldorpel. Gevelbeëindiging door kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). met tandlijst op monumentale consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. waarboven siervazen.

Bronnen

Archieven

GAEtt./OW 6497 (1925).