Typologie(ën)

appartementsgebouw
spektakelzaal

Ontwerper(s)

Jean-Jules EGGERICXarchitect1936

Juridisch statuut

Beschermd sinds 07 mei 1992

Stijlen

Modernisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2011-2013

id

Urban : 21490
lees meer

Beschrijving

Appartementsgebouw in modernistische stijl, n.o.v. architect Jean-Jules Eggericx, 1936.

Zeven bouwlagen, de laatste uitgebreid met een extra kamer op het terras (1937). Gevel met opeenvolgende verspringingen en vensterregistersDoorlopende horizontale aaneenschakeling van vensters.. Benedenverdieping bekleed met witsteen, de verdiepingen in bruingekleurde baksteen.
Inrijpoort naar een rij garages binnen het huizenblok (palend aan nr. 70) en, aan de achterkant van het perceel, naar een klein theater dat architect Jean-Jules Eggerickx bouwde voor danseres en choreografe Akarova, de artiestennaam van Marguerite Acaron (1904-1999).

Zaal van danseres Akarova
Geschiedenis

Het werd in 1936-1937 ontworpen door architect Jean-Jules Eggerickx op vraag van zijn vriend Louis Lievens, echtgenoot en mecenas van Akarova, een belangrijke figuur uit de moderne dans. Het kleine gebouw aan de Renbaanlaan herinnert aan het theater dat Eggericx bouwde voor het Commissariaat-generaal van de Wereldtentoonstelling van Brussel van 1935 (gesloopt). De zaal werd ingericht volgens de persoonlijke choreografische opvattingen van Akarova die er, tot aan de sluiting van het theater in 1957, talrijke voorstellingen gaf op muziek van Debussy, Fauré, de Falla, Florent Schmitt, enz. afgewisseld met voorgedragen teksten van Maurice Carême, Blaise Cendrars, Géo Norge, enz. Akarova woonde er tot haar dood in 1999.

Beschrijving
Klein theater in modernistische stijl met verwijzingen naar de architectuur van de Amsterdamse SchoolBelangrijke Nederlandse expressionistische architectuurrichting (ca. 1913-1930) met specifieke volumewerking en decoratief baksteenmetselwerk (belvédère-baksteen) als haar voornaamste kenmerken.. Sobere gevel bekleed met een okerkleurige beraping en met asymmetrisch verdeelde rechthoekige muuropeningen; deuren en raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. bewaard, in groen en donkerbruin. Twee toegangen, de eerste naar de privéwoning van Akarova, de tweede, bredere, bestemd voor het publiek, aangegeven door het opschrift “Akarova!” in zwarte en witte letters.
Het trapezoïdale plan ligt uit de as ten opzichte van de toegang wegens de bijzondere ligging van het gebouw achter aan het perceel en mondt in een cirkelsegment uit. Op de benedenverdieping bevinden zich de toneelinstallaties (een private theaterzaal met 150 plaatsen, de machinerieIn een ruimte onderaan of bovenaan de installatie, een samenstel van aandrijf- en besturingsapparatuur van de lift. , de vestiaires, enz.) en op de verdieping de persoonlijke woning van de kunstenares.

Interieur
Op de benedenverdieping, studio gebruikt als danszaal – de lessen werden er door de danseres gegeven – en de theaterzaal. Akoestisch plafond in een schelpvorm “die het rechtstreekse resultaat was van het toenmalige akoestische onderzoek” (VAN LOO, A. (o.l.v.), 1988, p. 374).
In de muur achter de scène bevindt zich de grote beglaasde muuropening van de gevel. De scène is 7 meter breed en 8 meter diep en heeft een voortoneel dat de publieksruimte in loopt en de nuttige ruimte aldus vergroot. Vloer bekleed met parket in donkergekleurde eik, volgens de wensen van Akarova. Toneel tussen twee rijen schijnwerpers waarvan de vorm aan een zuil herinnert. In de zijmuren van de zaal bevinden zich twee nissen voor de verlichting. De achtermuur is versierd met een grote spiegel voor de danslessen. Raam met verlichtingselement dat de overgang maakt tussen deze muur en het eivormige plafond.

Beschermd (zaal Akarova) 07.05.1992

Bronnen

Archieven
GAE/DS 168-72-74.
Archives d'Architecture Moderne, fonds Akarova en Jean-Jules Eggericx.

Publicaties en studies
LOUIS, D., Akarova: essai de monographie. Le portrait et l'autoportrait dans son œuvre principalement à travers la danse, la sculpture, la peinture (licentieverhandeling), Kunstgeschiedenis en Archeologie, afdeling Hedendaagse Kunst, Université Libre de Bruxelles, Brussel, 1985.
VAN LOO, A. (o.l.v.), Akarova: spectacle et avant-garde 1920-1950, Archives d'Architecture moderne, Brussel, 1988, pp. 369 e.v.

Tijdschriften
ROBERT, Y., “Procédure de classement: la salle de la danseuse Akarova”, Les Nouvelles du Patrimoine, 41, 1991, pp. 28-29.