Typologie(ën)

appartementsgebouw

Ontwerper(s)

Adrien BLOMMEarchitect1927

Stijlen

Modernisme
Art deco

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Het monumentale erfgoed van België. Elsene (DMS-DML - 2005-2015)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2011-2013

id

Urban : 21568
lees meer

Beschrijving

Op de hoek met de Lied van Sotternieënlaan, appartementsgebouw in modernistische stijl met art-deco-invloeden, i.o.v. de Compagnie Générale d'Entreprise Immobilière (COGENI), n.o.v. architect Adrien Blomme, 1927.

Sobere opstand van negen bouwlagen onder plat dak, de laatste twee telkens terugwijkend. Een brede hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. verbindt de twee gevels van het gebouw, de ene met zes traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) (kant É. Duraylaan), de tweede met acht traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) (kant Lied van Sotternieënlaan). Hardstenen benedenverdieping. De verdiepingen zijn bekleed met een witte bepleistering en versierd met enkele hardstenen elementen. Op de achtste verdieping, een brede geprofileerde band voorzien van een smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. die het terras van de attiekverdiepingVerdieping (soms halve verdieping), gelegen net boven de kroonlijst of als terugspringende hoogste verdieping van een gebouw.  afsluit.
Op de benedenverdieping, hoofdingang over de hele breedte van de hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. (getrapte omlijsting in dagkanten). Toegang tot de garages op de zijgevels. Dienstingang aan de Lied van Sotternieënlaan.
Langs de lanen, nagenoeg vierkante muuropeningen voorzien van een smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. op de zijtraveeën op de verdiepingen; de muuropeningen van de traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) langs de hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. vormen op de vierde, vijfde en zesde verdieping loggia'sOverdekte, halfopen ruimte; schaduwrijke inham in de gevel van een gebouw. afgesloten door een borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. (smeedijzer). De centrale traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) springen in op de eerste vijf verdiepingen. HoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. opengewerkt met lichtjes inspringende drielichtenGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere..
Zwart stalen raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. bewaard; garagepoorten en dienstingang in hout.

Achteruitbouwstrook afgesloten door muurtjes rond bewaard ijzerwerkVerzameling van alle metalen elementen van een gebouw. in art-decostijl.

Interieur
Een ruime hal leidt naar een gang met een lambriseringWandbetimmering, meestal bestaande uit paneelwerk, aangebracht tegen een binnenmuur (vaak het onderste gedeelte ervan); later ook in marmer, stucwerk, … van roze geaderd marmer en geeft ook toegang tot de conciërgeloge. Aan het einde van de gang bevindt zich een kleine trap naar een deur in verguld aluminium (niet oorspronkelijk) die toegang geeft tot de hal met het trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. (stalen leuning versierd met bloemenmotief) en de liften. Dienstliften die uitkomen op de balkons op de achtergevel. Veertien ruime appartementen, twee per verdieping.

Bronnen

Archieven
GAE/DS 113-62-64-66.

Publicaties en studies
BURNIAT, P., PUTTEMANS, et al., L'Architecture moderne à Bruxelles, guide, Éd. De l'Octogone, Brussel–Louvain-la-Neuve, 2000, p. 215.
BLOMME, F., À la rencontre d'Adrien Blomme 1878-1940. Sa vie, son oeuvre racontées par Françoise Blomme, Centre International pour la Ville, l'Architecture et le Paysage, Brussel, 2004.
VAN DIJK, P., Appartementsgebouwen uit het Interbellum in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Onuitgegeven studie in opdracht van de Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen, Brussel, 2004.
VAN DIJK, P., Appartementsgebouwen uit het interbellum, Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, Brussel, 2006 (Brussel, Stad van Kunst en Geschiedenis, 43), p. 40.