Typologie(ën)

herenhuis

Ontwerper(s)

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Eclectisme
Neoclassicisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 33187
lees meer

Beschrijving

Herenhuis in eclectische stijl met neoclassicistische inslag, 1876.

Souterrain, drie bouwlagene en vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. Witstenen gevel op hardstenen plint, met doorlopende  schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren., puilijst en klassiek hoofdgestel. Rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. in vlakke, op de verdieping verticaal oplopende omlijstingen, met diamantkopsleutels, lekdrempels en onderdorpels; twee traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) breed centraal balkon op gegroefde consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. op de bel-etage, guirlandes op de borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. van de derde bouwlaag. Deur in de rechter traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Centrale, brede dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met tweelicht onder frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening., geflankeerd door
œil-de-bœufs.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 24375 (1876).