Typologie(ën)

woning of opbrengsthuis (onbepaald)

Ontwerper(s)

INCONNU - ONBEKEND1704

Pierre Victor JAMAERarchitect1890

Juridisch statuut

Beschermd sinds 10 maart 1994

Stijlen

Barok

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 30991
lees meer

Beschrijving

Opgetrokken in 1704 en winnaar van de wedstrijd voor de wederopbouw van de huizen van de Grote Markt, na het bombardement van 1695. Gerestaureerd in 1890 met Euville- en Gobertangesteen naar een ontwerp van stadsarchitect Pierre Victor Jamaer. Gevelreiniging (1986), verstevigingswerken, sporadische steenvervanging en vernieuwing van twee kariatidenOndersteuning in de vorm van een vrouwenfiguur, hetzij met onderlichaam, hetzij met taps toelopende pijler of pilaster (herme). en balkon, in opdracht van de Stad Brussel.

Diephuis van drie bouwlagen en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Verhoogde halsgevelGevel waarvan de geveltop rechthoekig is en geflankeerd wordt door (gebeeldhouwde) vleugel- of klauwstukken. in laat-barokstijl: evenwichtige opbouw en rijke geveluitwerking, aansluitend bij het architecturale ensemble van de Grote Markt. Bouwlagen geordonneerd door opeenstapeling van Dorische pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. (benedenverdieping) en composietzuilen (verdiepingen), uitlopend en opgenomen in de entablementenHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles. met sterk geprofileerde kroonlijstenStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op tandlijst. Benedenverdieping: pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. deels geblokt, deels met verdiepte schachtenDe ruimte waarin de liftkooi en/of het tegengewicht bewegen, begrensd door de wanden, het plafond en de bodem van de put. De schacht kan gesloten of gedeeltelijk open zijn. , in de centrale traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) bovenaan eindigend op gebeeldhouwde afrikaanse figuren die tevens de balkonplaat van de hoofdverdieping ondersteunen. Voorts hoge sokkelHoge plint van een gevel; fungeert als voetstuk in ordonnantie van de gevel. met houten kelderluiken en rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. onder ronde bovenlichtenBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden.. Centrale traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op verdiepingen geaccentueerd door middel van risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden.; rondboogvenster op de tweede bouwlaag geflankeerd door kariatidenOndersteuning in de vorm van een vrouwenfiguur, hetzij met onderlichaam, hetzij met taps toelopende pijler of pilaster (herme). ter schraging van de booglijst met putti en weegschaal als uitbeelding van huisnaam; halsvormige bekroning met gebogen druiplijst. Balkon met balustradeHekwerk van spijlen of balusters. en bolornamenten; verdiepte borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met speigels in de zijtravee. ZuilenCilindervormig steunpunt; vaak voorzien van basis en kapiteel. De kleine en/of dunne variant ervan wordt colonnet genoemd. op de bovenste verdieping deels gecanneleerdParallelle, gootvormige decoratieve groeven op een zuil of pilaster.; centraal getoogdBoog die minder dan een halve cirkel beschrijft; boog in de vorm van een cirkelsegment. Bij vensters spreekt men dan van een getoogd venster of steekboogvenster. casement in het hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. verrijkt met barokcartouche waarop jaartal MDCCIV (1704); gebogen druiplijst, opgenomen in het kordonUitspringende, horizontale geleding over de hele breedte van een gevel, om verdiepingen te markeren of als verlenging van de (lek)dorpels.. Sierlijke afwerking van de tweeledige geveltop: centraal rondboogvenster tussen geknikte boogvensters; markerende geprofileerde druiplijst en balustradeHekwerk van spijlen of balusters. onderbroken voor topvenster. Beëindiging met gebogen druiplijst, bolornamenten en obeliskMonolithische pijler, naar boven toe smaller en bekroond met piramidale punt.. Kelderoverkluizing door middel van bakstenen kruisgewelven, gescheiden door zandstenen gordelbogen.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 8616 (1890); NPP B 27.

Publicaties en studies
Straten en Stenen, Brussel, 1982, pp. 207, 213.

Websites
BALat KIK-IRPA
BALat KIK-IRPA (inkom)