Ontwerper(s)

L. SERRUREarchitect1926

Stijlen

Eclectisme met pittoresk karakter

Inventaris(sen)

  • Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2016-2017

id

Urban : 35885
lees meer

Beschrijving

Huis in eclectische stijl met invloed van de cottagestijl, ontworpen in 1926 door architect L. Serrure en in 1966 in dezelfde stijl vergroot door de architecten Edo en Jo F.Draps voor dezelfde familie. Gesigneerd op de sokkel “L. SERRURE / ARCH. SCHAERBEEK”.

Oorspronkelijk, opstand van twee ongelijke traveeën, de hoofdgevel onder geveltop, in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden. en met een trapezoïdale erker onder drieledig dak en op lampetNeerwaartse beëindiging, afhangende versiering als aanzet van een balkon of erker.. Uitbreiding naar links met drie gelijke traveeën. Gevel in oranjekleurige baksteen versierd met similiBepleistering ter imitatie van natuursteen. en hardsteen. Bovenzijde van de gevel versierd met houten vakwerk. Op de laatste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. met breuksteen in zandsteen van La Gileppe. Op de eerste drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), brede garagepoort bekroond door drie venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met afgeschuinde moneelStenen vensterstijl. en onder timpaanMonumentaal driehoekig of segmentvormig boogveld, meestal besloten in een fronton; vaak rijkelijk versierd.. Toegangsdeur op de vierde traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), onder eenzelfde type vensterLicht- en/of luchtopening in een muur.. Brede klimmende dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. links. Hoge geveltop opengewerkt met een vensterLicht- en/of luchtopening in een muur.. Bekronende kroonlijst en kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). van de erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. bewaard, met uitgesnedenVerdiept aanbrengen, beitelen,… consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.. Oorspronkelijk schrijnwerk; toegangsdeur met smeedijzeren traliewerk, raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. met roedeverdeling in de bovenlichtenBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. en rond groen glas op de benedenverdieping van de hoofdtravee, alsook op de verdieping.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 54574 (1926), 79182 (1966).