Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

Fernand VERDINarchitect1923-1924

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Art deco
Eclectisme

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016-2017

id

Urban : 37694
lees meer

Beschrijving

Geheel van zeven burgerhuizen in eclectischeVeel voorkomende stijl (ca. 1850-1914) die inspiratie put uit verschillende architectuurstijlen uit het verleden. Komt door de combinatie van enerzijds verschillende stijlelementen en anderzijds nieuwe technieken en materialen tot een unieke eigentijdse creatie. stijl met invloed van de art decoTendens tot de geometrisering van vormen en architecturale ornamenten die zich uitdrukt in het materiaal- en kleurgebruik., ontworpen door architect Fernand Verdin in 1923-1924.

Ze vormen het begin van een bijzonder homogene huizenrij met eclectischeVeel voorkomende stijl (ca. 1850-1914) die inspiratie put uit verschillende architectuurstijlen uit het verleden. Komt door de combinatie van enerzijds verschillende stijlelementen en anderzijds nieuwe technieken en materialen tot een unieke eigentijdse creatie. inslag, tot nr. 28.

Analoge gevels van drie bouwlagen in oranjekleurige baksteen met elementen in witsteen en hardsteen. Decor van pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. en insprongen. DrielichtenGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. op de verdiepingen, op de eerste achter een boogvormig balkon, op de tweede achter een centraal Frans balkonBorstwering tussen de dagkanten van een naar binnen openslaand venster dat tot de vloer doorloopt.. Traliewerk van de onderbouwen, deuren en smeedijzerenTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met volutenmotieven.

Behalve op nr. 2 zijn de gevels twee aan twee gekoppeldTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. volgens spiegelbeeldschema, de eerste twee bijna identiek aan de laatste twee.

Ketelsstraat 2, <a href='/nl/glossary/183' class='info'>opstand<span>Bouwkundige tekening op schaal van een verticaal vlak van een gevel, een binnenmuur,…; in ruime zin het verticaal vlak van een gevel of muur.</span></a>, SAB/OW 54016 (1924).

Op nr. 2, op de hoek met het Joseph Benoît Willemsplein
, opstandBouwkundige tekening op schaal van een verticaal vlak van een gevel, een binnenmuur,…; in ruime zin het verticaal vlak van een gevel of muur. van één traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) aan het plein en twee ongelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) aan de straat. SokkelHoge plint van een gevel; fungeert als voetstuk in ordonnantie van de gevel. met breuksteenMetselwerk bestaande uit brokken onregelmatige natuursteen. van roze zandsteen. Op de eerste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), twee smalle venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., oorspronkelijk rond een garagepoort die in of na 1978 tot etalage werd verbouwd. Op de tweede traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), toegangsdeur geflankeerd door een smal vensterLicht- en/of luchtopening in een muur., en tweelichtenTweedelige lichtopening, door deelzuiltje gesplitst. op de verdiepingen, onder een dakvensterUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is. in puntgevelGevel waarvan de top driehoekig is.. Op de laatste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), breed vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. verbouwd tot etalage door de verlaging van de vensterbank in 1978. Schrijnwerk vervangen.

Op nr. 6 tot 16, hoge benedenverdiepingen opengewerktOpengewerkt, voorzien van een stelsel van kleine, decoratieve openingen. met een glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. met borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. en een deur onder een vensterLicht- en/of luchtopening in een muur.. Deuren van nr. 10, 12 en venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op de benedenverdieping van nr. 14, 16 onder rondboogBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft.. Bewaarde kroonlijstenStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement)., op drieledige laterale kraagstenen of op vier gegroefde dubbele consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief..
Op nr. 6, deur vervangen, met hergebruik van het oorspronkelijke traliewerk; raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. met metalen roedeverdelingDunne houten of metalen staaf in een kozijn waarin glasruiten worden bevestigd. van het vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. boven de deur bewaard.
Op nr. 8, deur vervangen, met hergebruik van het oorspronkelijke traliewerk.
Op nr. 10, raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. van het vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. boven de deur met bewaarde ijzeren roedeverdelingDunne houten of metalen staaf in een kozijn waarin glasruiten worden bevestigd.. OnderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. op latere datum opengewerktOpengewerkt, voorzien van een stelsel van kleine, decoratieve openingen. met een garagepoort. Achterliggende werkplaats ontworpen in 1923.
Op nr. 12, oorspronkelijke deur.
Op nr. 14, oorspronkelijke deur.
Op nr. 16, oorspronkelijk schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... .


Bronnen

Archieven
SAB/OW 2: 54016 (1924), 91260 (1978); 68: 51820 (1924); 10: 54010 (1923); 1416: 54012 (1923).