Typologie(ën)
burgerwoning
Ontwerper(s)
INCONNU - ONBEKEND – 1896
Inventaris(sen)
- Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
- Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
- Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
- Het monumentale erfgoed van België. Anderlecht-Kuregem (Archistory - 2017-2019)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
Onderzoek en redactie
2016, 2019
id
Urban : 35020
Beschrijving
Burgerhuis in eclectische stijl met accenten in
renaissancestijl, ontworpen in 1896 voor houthandelaar Aug. Delhaye.
Opstand van drie bouwlagen en vier gelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), symmetrisch op de verdiepingen. Het oorspronkelijke plan voorzag in slechts twee bouwlagen onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. Bakstenen gevel versierd met hardstenen elementen, het geheel thans in het wit geschilderd. Sokkel met bossageIn oorsprong een gevelbehandeling waarbij ruwgehakte, rechthoekige blokken natuursteen uit de loodlijn steken en de gevel op die manier een fors, rustiek (rustica) karakter verleent; later op gevel vormelijk geïmiteerd door middel van uitspringend al dan niet bepleisterde bakstenen blokken of banden (doorlopende schijnvoegen).. Muuropeningen onder onregelmatig uitgesnedenVerdiept aanbrengen, beitelen,… boogvormige latei – doorlopend op de benedenverdieping – en ontlastingsboogBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast., bijna allemaal met sleutelSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf. met diamantkopPiramidaal ornament (3 of 4 zijden), onder andere gebruikt in banden en friezen.. Op de eerste twee traveeën, inrijpoort en deur met tussendorpelStenen dorpel die een deur of venster horizontaal in tweeën deelt.. Op de verdiepingen, middentraveeën in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden.. Op de eerste verdieping, balkon met gietijzeren borstwering, voor twee glasdeurenDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. met getande latei en onder ontlastingsboog met archivoltGeprofileerde of versierde omlijsting van een boog., met timpaanMonumentaal driehoekig of segmentvormig boogveld, meestal besloten in een fronton; vaak rijkelijk versierd. met versierde cartoucheOmlijsting van een uitspringend vlak in de vorm van ingesneden en omkrullend papier of leer; vaak met opschrift of intern versierd.. Zelfde borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. op de zijtraveeën. Hoofdgestel met spiegels die oorspronkelijk wellicht gedecoreerd waren. Deuren bewaard.
In 1900 liet de handelaar een hangar bouwen aan de achterzijde van het perceel, thans verdwenen.
Opstand van drie bouwlagen en vier gelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), symmetrisch op de verdiepingen. Het oorspronkelijke plan voorzag in slechts twee bouwlagen onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. Bakstenen gevel versierd met hardstenen elementen, het geheel thans in het wit geschilderd. Sokkel met bossageIn oorsprong een gevelbehandeling waarbij ruwgehakte, rechthoekige blokken natuursteen uit de loodlijn steken en de gevel op die manier een fors, rustiek (rustica) karakter verleent; later op gevel vormelijk geïmiteerd door middel van uitspringend al dan niet bepleisterde bakstenen blokken of banden (doorlopende schijnvoegen).. Muuropeningen onder onregelmatig uitgesnedenVerdiept aanbrengen, beitelen,… boogvormige latei – doorlopend op de benedenverdieping – en ontlastingsboogBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast., bijna allemaal met sleutelSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf. met diamantkopPiramidaal ornament (3 of 4 zijden), onder andere gebruikt in banden en friezen.. Op de eerste twee traveeën, inrijpoort en deur met tussendorpelStenen dorpel die een deur of venster horizontaal in tweeën deelt.. Op de verdiepingen, middentraveeën in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden.. Op de eerste verdieping, balkon met gietijzeren borstwering, voor twee glasdeurenDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. met getande latei en onder ontlastingsboog met archivoltGeprofileerde of versierde omlijsting van een boog., met timpaanMonumentaal driehoekig of segmentvormig boogveld, meestal besloten in een fronton; vaak rijkelijk versierd. met versierde cartoucheOmlijsting van een uitspringend vlak in de vorm van ingesneden en omkrullend papier of leer; vaak met opschrift of intern versierd.. Zelfde borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. op de zijtraveeën. Hoofdgestel met spiegels die oorspronkelijk wellicht gedecoreerd waren. Deuren bewaard.
In 1900 liet de handelaar een hangar bouwen aan de achterzijde van het perceel, thans verdwenen.
Bronnen
Archieven
GAA/DS 6689 (30.05.1896), 8121 (10.06.1900).
Tijdschriften
Almanach du Commerce et de l’Industrie, “de Fiennes (rue)”, 1905.
