Typologie(ën)
woning
Ontwerper(s)
INCONNU - ONBEKEND – 1905
Juridisch statuut
Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024
Stijlen
Eclectisme
Art nouveau
Inventaris(sen)
- Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
- Het monumentale erfgoed van België. Anderlecht-Kuregem (Archistory - 2017-2019)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek Het ontwerp van een onroerend goed (gebouw) door een gerenommeerde kunstenaar (architect) kan maar zeer zelden als criterium worden beschouwd. Om het belang van de selectie van dit onroerend goed te beoordelen, en de plaats dat het inneemt in het oeuvre van een kunstenaar (architect), is dit een criterium dat moet worden afgewogen met de architectonische kwaliteit (compositie en interne structuur), de uitvoering (materialen, technische beheersing), de plaats in de architectuurgeschiedenis dewelke een getuigenis zijn van een fase of aspect van landschapsarchitectuur of de bouwkunst in het verleden. Zodoende gelden koppelingen naar volgende criteria: zeldzaamheid (typologie, stijl, materiaalgebruik, bronnen), representativiteit (idem) en integriteit (idem + kwaliteit van uitvoering).
- Esthetisch Het onroerend goed heeft een esthetische waarde als het de waarnemer zintuigelijk prikkelt op een positieve manier (‘ervaring van schoonheid). Historisch gezien werd deze waarde aangewend om waardevolle natuurlijke of semi-natuurlijke gebieden aan te duiden, maar het kan ook gelden voor grote gehelen van gebouwen in een stedelijk gebied, met of zonder natuurlijke elementen, of monumenten die het stadslandschap markeren. Automatisch dringt een afweging met andere waarden zich op, de artistieke in de eerste plaats, maar ook de landschappelijke (integratie van het werk in het stedelijk landschap, oriëntatiepunten in de stad) en stedenbouwkundige waarde (spontane of rationele stedelijke gehelen), en dienen koppelingen naar selectiecriteria worden gemaakt: representativiteit, ensemblewaarde en contextuele waarde. Criteria die met andere (met name artistieke) criteria moeten worden gecombineerd.
- Historisch Het onroerend goed heeft een historische waarde als het getuigt van een bijzondere periode in de geschiedenis van de streek of de gemeente, of als bijzonder belangrijke ouderdom en zeldzame ontwikkeling voor een periode (bv. tuinstad die representatief is voor een bouwwijze die werd toegepast in het kader van de grote bouwcampagnes na de Tweede Wereldoorlog; dorpskernen die de eerste gegroepeerde bouwwerken van de gemeenten van de tweede ring illustreren; Hallepoort als overblijfsel van de tweede omwalling; enz.), of als getuigenis van een bepaalde stedelijke (en/of landschappelijke) ontwikkeling van de stad (bv. gebouwen aan de centrale boulevards of in de Leopoldswijk), of wanneer het een band vertoont met een belangrijke historische figuur - met inbegrip van persoonlijke huizen van architecten en kunstenaarsateliers (b.v. het geboortehuis van Constantin Meunier, het huis van Magritte), of in verband kan worden gebracht met een belangrijke historische gebeurtenis (b.v. huizen van de wederopbouw na het bombardement van 1695, Congreskolom), of een typologische representativiteit vertoont die kenmerkend is voor een commerciële of culturele beroepsactiviteit (bv. kerken, bioscopen, industriële architectuur, apotheken).
Onderzoek en redactie
2016, 2019
id
Urban : 37209
Beschrijving
Huis in eclectische stijl met lichte
art-nouveau-invloed, 1905.
Gebouw met een structuur van gewapend beton, met vier bouwlagen onder mansarde en plat dak. Bepleisterde gevel met schijnvoegen op de benedenverdieping en imitatievoegen op de verdiepingen. Op de lage benedenverdieping, deur gevolgd door twee venstersLicht- en/of luchtopening in een muur.; het oorspronkelijke plan voorzag in één brede muuropening, wellicht een winkelpui. Op de verdiepingen, één traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met semi-ovale gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. bekroond door een terras, op twee consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. en een centrale druiper. De venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. nemen de volledige breedte van de erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. in en worden opgedeeld door een centrale moneelStenen vensterstijl.. Terras met smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met centraal postament, voor een dubbele glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. met eenzelfde moneelStenen vensterstijl. en onder een geprofileerde gedrukte boogBoog waarvan de kromming lager is dan de overeenkomstige rondboog.. Decor van palmettenVersiering in de vorm van een palmblad.. Hoge gekoofde kroonlijst in metselwerk. Oorspronkelijke deur met bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. met roedeverdeling.
Binnen, centraal trappenhuis onder daklicht.
Gebouw met een structuur van gewapend beton, met vier bouwlagen onder mansarde en plat dak. Bepleisterde gevel met schijnvoegen op de benedenverdieping en imitatievoegen op de verdiepingen. Op de lage benedenverdieping, deur gevolgd door twee venstersLicht- en/of luchtopening in een muur.; het oorspronkelijke plan voorzag in één brede muuropening, wellicht een winkelpui. Op de verdiepingen, één traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met semi-ovale gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. bekroond door een terras, op twee consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. en een centrale druiper. De venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. nemen de volledige breedte van de erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. in en worden opgedeeld door een centrale moneelStenen vensterstijl.. Terras met smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met centraal postament, voor een dubbele glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. met eenzelfde moneelStenen vensterstijl. en onder een geprofileerde gedrukte boogBoog waarvan de kromming lager is dan de overeenkomstige rondboog.. Decor van palmettenVersiering in de vorm van een palmblad.. Hoge gekoofde kroonlijst in metselwerk. Oorspronkelijke deur met bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. met roedeverdeling.
Binnen, centraal trappenhuis onder daklicht.
Bronnen
Archieven
GAA/DS 10632 (29.12.1905).