Onderzoek en redactie

2022-2023

 

Bekijk de weerhouden gebouwenDe Henri Van Bortonnestraat verbindt het kruispunt van het Kardinaal Mercierplein en de Sint-Pieterskerkstraat met de Thomaesstraat. De Adolphe Vandenschrieckstraat en de Gustave Van Huynegemstraat komen erop uit. In haar laatste gedeelte vormt ze een rond punt met de Henri Werrie- en Gillebertusstraat.

De straat ontstond in drie fases, het eerste deel is reeds zichtbaar op de kaart van Vandermaelen uit 1846-1854 en loopt tot aan het kruispunt met de Adolphe Vandenschrieckstraat. Omwille van de aanwezigheid van de gemeentelijke school in het begin van haar tracé werd ze de Schoolstraat genoemd. Volgens een industriële kaart van 1910 werd de straat naar het zuiden doorgetrokken tot aan het Laneauplein en een tiental jaar later werd ze nogmaals verlengd tot aan de Thomaesstraat. De huidige naam dateert van ca. 1910 en is een eerbetoon aan Henri Joseph Van Bortonne (1833-1909), kaderlid bij de Nationale Bank van Belgïe en Jetse gemeenteraadslid van 1882 tot 1895 en van 1897 tot 1909.

Ter hoogte van de huidige school (zie nr. 12) bevond zich de pastorij van de Sint-Pieterskerk, die wellicht uit het midden van de 15e eeuw dateerde. Het gebouw werd in 1898 afgebroken om plaats te maken voor het nieuwe gemeentehuis en de gemeentelijke school.

De bebouwing in de straat bestaat uit burger- en opbrengstwoningen, voornamelijk in eclectische stijl en uit het begin van de 20e eeuw. Zo citeren we de talrijke woningen met polychrome gevels op de nr. 59, 61, 69, 81 t.e.m. 89, 93 en 95. De gelijkenissen tussen enkele van deze woningen doet vermoeden dat eenzelfde aannemer verschillende huizenrijen oprichtte voor eigen rekening. Eveneens eclectisch maar met neo-Vlaamse renaissance-invloeden is het geheel gevormd door de nr. 11 en 13, of op nr. 63 met neoclassicistische invloed, en later toegevoegde erker en dakkapel met glas-in-loodraampjes in art deco in bovenlichten. Opvallende brede gevel van vier traveeën op nr. 62 en met hardstenen erker. Eén van de weinige industriële gebouwen in de straat is de brouwerij Taymans op nr. 46 en nrs. 30-32 van de Gustave Van Huyneghemstraat (zie dit nr.). Oorspronkelijk bezat dezelfde brouwerij ook biermagazijnen ter hoogte van de huidige appartementsgebouwen op nr. 22 t.e.m. 26, uit 1994.

Tijdens het interbellum werden nog verschillende woningen in de straat gebouwd en dit vooral in het begin en op het einde van haar tracé langs onpare zijde. Voorbeelden hiervan zijn de drie woningen op nr. 3 met bewaarde smeedijzeren inrijpoort, 5 en 7, naar ontwerp van de in Jette wonende architect J. Otten (respectievelijk 1938, 1937 en 1951).



Bronnen

Archieven
GAJ/DS 3: 8757 (1938); 5: 8647 (1937); 7: J1031 (1951); 69: 1885 (1903); 10: 7406 (1934); 56, 58: 5985 (1930).

Publicaties en studies
BORIAU, L., Les brasseries du nord-ouest de Bruxelles ; Berchem-Sainte-Agathe, Koekelberg, Jette, Ganshoren, Molenbeek-Saint-Jean, ARC-Berchem, Bruxelles, 1997. ARC-Berchem, Bruxelles, 1997.

Atlas van de archeologische ondergrond van het Gewest Brussel, 5, Jette, MRBC – MRAH, Brussel, 1994: 74.
CULOT, M. (o.l.v.), Jette. Inventaire visuel de l’architecture industrielle à Bruxelles, AAM, Brussel, 1980-1982, fiche 1 en 2.
MONTEYNE, A., Herkomst van de straatnamen van Jette, Jette, 1994.
VAN DEN HAUTE, R., Chez qui les petits jettois d’antan allaient-ils à l’école in Graafschap Jette, 13, 1-2, 3-4, 1984, pp. 3-16.