Typologie(ën)

herenhuis

Ontwerper(s)

Stijlen

Neorenaissance
Neoclassicisme

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Het monumentale erfgoed van België. Sint-Gillis (DMS-DML - 1997-2004)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

1997-2004

id

Urban : 7918
lees meer

Beschrijving

Groot herenhuis met neo-renaissance elementen, 1888.

Twee bouwlagen onder mansarde en zeven traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...); middenrisaliet van drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Gevel in Gobertange met hardstenen elementen. OnderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. met bossageIn oorsprong een gevelbehandeling waarbij ruwgehakte, rechthoekige blokken natuursteen uit de loodlijn steken en de gevel op die manier een fors, rustiek (rustica) karakter verleent; later op gevel vormelijk geïmiteerd door middel van uitspringend al dan niet bepleisterde bakstenen blokken of banden (doorlopende schijnvoegen).. Koetspoort in traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) uiterst rechts. Rechthoekige muuropeningen met grote sleutelSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf.; op verdieping onder entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles.; bekroond met gebogen frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening. in middenrisaliet. BalustersVaasvormige spijl van een borstwering. op borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. van verdieping. Balkon met doorlopende  balustradeHekwerk van spijlen of balusters. in middenrisaliet. Hardstenen consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. in hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel.. Gemoderniseerde mansarde voorzien van dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met bekroning volgens zelfde schema als venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op verdieping. Bewaarde deur.

Achteraan ronde wintertuin met ijzeren structuur n.o.v. arch. N. Pourbaix (1912), gesloopt in 1926.

Bronnen

Archieven
GASG/DS 1896 (1888), 68 (1912), 122 (1926), 418 (1929).