Typologie(ën)

school

Ontwerper(s)

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Eclectisme
naoorlogs modernisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016-2017

id

Urban : 37719
lees meer

Beschrijving

Schoolcomplex dat het huizenblok inneemt tussen de Maria-Christinastraat, de Molenbeekstraat en de Koninginnelaan, in 1882 ontworpen in eclectische stijl met neoclassicistische inslag, en geleidelijk vergroot.

Geschiedenis

Het schoolcomplex werd in 1882 ontworpen en opende een jaar later zijn deuren (I). Het had een U-vormige plattegrond rond een speelplaats afgesloten door een vleugel met sanitaire ruimten achter een overdekte galerij. Vóór W.O. II werden verscheidene uitbreidingsplannen voorgesteld, waaronder een van architect Adolphe Puissant in 1924, die echter zonder gevolg bleven. Na de oorlog breidde de school uit op een haaks uitspringend terrein tot aan de Molenbeekstraat. In 1959 werd er een L-vormig modernistisch gebouw (II) ontworpen rond een tweede speelplaats (n.o.v. architecten F.J. De Smedt en J.M. Van Doosselaere). In 1981 werd aan de Molenbeekstraat nr.74 een gebouw ingehuldigd dat in 1973 was ontworpen door architect N. Duyckaerts (III). Het wordt op nr.72 aangevuld door twee geprefabriceerde paviljoenen (IV).

Beschrijving

Gebouwen uit 1882 (I)

Bakstenen gevels met hardstenen elementen, onder zadeldak.

Hoofdvolume van twee bouwlagen, met een voorgevel van vijftien traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met rechthoekige muuropeningen, geritmeerd door drie risaliterende voorbouwen en verdeeld door een stenen kordonUitspringende, horizontale geleding over de hele breedte van een gevel, om verdiepingen te markeren of als verlenging van de (lek)dorpels.. Voorbouwen geflankeerd door gestapelde pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. onder entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles.; venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op de verdieping onder entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles.. Laterale voorbouwen oorspronkelijk elk opengewerkt met een toegangsdeur, de linker gekoppeldTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. aan een vensterLicht- en/of luchtopening in een muur., allebei omgebouwd tot vensterLicht- en/of luchtopening in een muur.. Centrale voorbouw over drie traveeën, met verdwenen kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). en houten frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening., met inrijpoort. Attiekverdieping bekroond door een beeldengroep van Jean-André Laumans, met een voorstelling van Le Génie du progrès [Genie van de Vooruitgang]; aan weerszijden daarvan, in de aslijn van de pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel., twee voetstukken waarvan de bol is verdwenen, en twee acroteriën met palmetVersiering in de vorm van een palmblad.. Omhulde kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. Deur bewaard. Raamwerk vervangen.
Achtergevel versierd met banden; galerij van negen rondboogarcades met stenen pijlers1. Muurstut zonder entasis (kromming), mogelijk met basis en kapiteel; - 2. Massief gemetseld of betonnen steunelement met gewoonlijk rechthoekige doorsnede (vb. bruggepijler,…) in Toscaanse orde en elf muuropeningen op de verdieping, vroeger onder steekboogBoog die minder dan een halve cirkel beschrijft; boog in de vorm van een cirkelsegment. Bij vensters spreekt men dan van een getoogd venster of steekboogvenster., thans herleid tot een latei.
Binnen van links naar rechts: toegangsvestibule voor de leerlingen, wachtzaal, ontvangkamer, kantoor van de directeur, conciërgewoning, inrijpoort, leraarskamer en directeurswoning, het geheel over zes traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) en twee bouwlagen. Op de verdieping, een laboratorium, muziek- en tekenklassen en een museum. De trap van de directeurswoning, uiterst rechts, is midden 20e eeuw vervangen door een gemetselde bordestrap.

Linkervleugel van twee bouwlagen en veertien traveeën met muuropeningen die vroeger analoog waren aan die op de verdieping van het hoofdvolume en die op dezelfde manier werden gewijzigd. Deze vleugel, onder een lessenaarsdakDak bestaande uit één hellend dakvlak., bevat klaslokalen rond een gang achteraan en twee trappenhuizenGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht.; in het linkervolume is het houten trapdeel bewaard.

Rechtervleugel van één bouwlaag versierd met twee stenen kordonlijsten, en dertien traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met rondbogige muuropeningen. Deze vleugel bevat een studiezaal, een gymnastiekzaal en een overdekte speelplaats.

Gebouw uit 1959 (II)

L-vormig gebouw van drie bouwlagen, met een betonnen structuur onder een gedrukt zadeldakDak met twee hellende dakvlakken.. Gordijngevels met aluminium raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. onder een fijne kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. Op de benedenverdieping aan de kant van de speelplaats, driedelige wand gemaakt van glasstenen, sommige gekleurd.

Gebouw uit 1981 (III)

Betonnen gebouw van vier bouwlagen met geprefabriceerde silexpanelen. Vensterregisters met aluminium raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn.. Twee rechtertraveeën in baksteen aan elke zijde.

Bronnen

Archieven
SAB/NPP S8 (1882, 1924).
SAB/OW 66106 (1952), 74731 (1955), 71190 (1959), 75291 (1963), 74296 (1965), 89763 (1975), 85627 (1977), 86612 (1978), 86496 (1978).

Publicaties en studies
COSYN, A., Laeken Ancien & Moderne, Imprimerie scientifique Charles Bulens, Brussel, 1904, p. 155.
MEIRSSCHAUT, P., Les sculptures de plein air à Bruxelles, guide explicatif, E. Bruylant, Brussel, 1900, p. 199.