Typologie(ën)
woning
Ontwerper(s)
INCONNU - ONBEKEND – 1826
Stijlen
Empire
Inventaris(sen)
- Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)
- Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
- Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
2016
id
Urban : 32735
Beschrijving
Twee gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. enkelhuizen volgens spiegelbeeldschema, met drie bouwlagen
en in totaal vijf traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken., waarvoor bouwaanvraag van 1826.
Gebouwd in opdracht van meester-stucadoor J.F. Bonnevie, mogelijk auteur van de
gevelversiering.
Bepleisterde en beschilderde lijstgevel met symmetrische,
verkleinende ordonnantie, en markant empiredecor. Horizontaliserende belijning
door schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren., de sokkel, friezenHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…)., kordonvormende lekdrempels en het
hoofdgestel. Accent op de middentravee met een deurvenster omlijst door
Ionische pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. en versierd entablement, en een balkon met gegroefde consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. en ijzeren leuning met spitsboog-
en schijfmotief. Doorlopende friezenHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). met respectievelijk griffioenen en
palmetten op de borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. van de bovenverdiepingen. Rechthoekige deuren in
de uiterste traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) en venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., laatst genoemde met afzonderlijke lekdrempel
en beluikt op de beneden-, met doorgetrokken lekdrempels en ijzeren leuningen
zoals beschreven op de bovenverdiepingen. HoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. met gelede architraafHoofdbalk; het onderste, dragende deel van een klassiek hoofdgestel, meestal geleed door banden.,
versierde friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). waarin bedekte steigergatenGat aan de bovenzijde van een gevel waarin de horizontale dwarsbalken van een steiger werden bevestigd; vaak afgedekt door smeedijzeren (sier)deksel., geritmeerd door de gegroefde
consoles van de kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. Twee afgewolfde dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap.. Fraaie stucplafonds in
het interieur.
Bronnen
Archieven
SAB/OW 7361 (1826).