Typologie(ën)
burgerwoning
Ontwerper(s)
Fernand SYMONS – architect – 1912
Stijlen
Neoclassicisme
Beaux-Artsstijl
Inventaris(sen)
- Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)
- Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
- Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
2016
id
Urban : 31590
Beschrijving
Burgerhuis
in neo-Lodewijk XVI-stijl, n.o.v. architect F. Symons van 1912. Dubbelhuisopstand met drie bouwlagen en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder plat dak.
Lijstgevel met simili-bekleding. Begane grond met schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren. uitwaaierend boven getoogde, getraliede venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. en deur. Bovenbouw met rechthoekige vensters, gemarkeerd door een gevelbreed balkon met gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. en opengewerkte borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust., en kolossale, gecanneleerde composiete pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel.; balustrade en festoenenAan strikken of linten opgehangen slinger van gehouwen of gesneden vruchten en loofwerk, vaak met neerhangende uiteinden. op de hoogste verdieping. Gevelbeëindiging door architraaf, rozettenfries en kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.; attiekvormende balustradeHekwerk van spijlen of balusters..
Lijstgevel met simili-bekleding. Begane grond met schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren. uitwaaierend boven getoogde, getraliede venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. en deur. Bovenbouw met rechthoekige vensters, gemarkeerd door een gevelbreed balkon met gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. en opengewerkte borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust., en kolossale, gecanneleerde composiete pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel.; balustrade en festoenenAan strikken of linten opgehangen slinger van gehouwen of gesneden vruchten en loofwerk, vaak met neerhangende uiteinden. op de hoogste verdieping. Gevelbeëindiging door architraaf, rozettenfries en kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.; attiekvormende balustradeHekwerk van spijlen of balusters..
Bronnen
Archieven
SAB/OW 5944 (1912).