Typologie(ën)

burgerwoning
opbrengsthuis

Ontwerper(s)

Stijlen

Eclectisme
Neorenaissance
Neobarok

Inventaris(sen)

  • Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)
  • Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
  • Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 31442
lees meer

Beschrijving

Burgerwoning in eclectische stijl met neorenaissance- en neobarokkeNeobarok (ca 1860-1914): Historiserende architectuur die verwijst naar de barok (17e tot 18e eeuw) en die naar haar vormentaal teruggrijpt door middel van het gebruik van voluut- en klokgevels, kolossale pilasters, zware decoratie (bossage, zware omlijstingen, enz.). elementen, 1875. Vier bouwlagen en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...).

Druk bewerkte, volledig hardstenen gevel met horizontaal gemarkeerde registersVensterstrook in een topgevel., centrale gebogen balkons op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. en met balustrade tussen postamenten1. Rechthoekig voetstuk van een standbeeld; - 2. Balkvormige stenen bekroning; - 3. Stenen zijstukken van een balkonborstwering.. Breed frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening. ter bekroning. Geblokte begane grond met getoogde deur en venstemissen en gelede sluitstenen, belijnd door puilijst en sokkel met getraliede keldermonden. Verdiepingen met rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. in vlakke omlijsting op lekdrempel en vlakke borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Eerste twee verdiepingen belijnd door geprofileerde platte banden en een massief kordonUitspringende, horizontale geleding over de hele breedte van een gevel, om verdiepingen te markeren of als verlenging van de (lek)dorpels. op korbelen1. Diagonale houten balk ter ondersteuning van overkragende elementen zoals een luifel, een kroonlijst,…; 2. Balk om de verbinding tussen trekker en spantbeen in een kapspant te versterken.; bovenste verdieping geritmeerd door pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. en afgewerkt met een friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). met metopen en trigliefen. Aansluitend geprofileerd houten frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening. met klossenKraagstuk van een kroonlijst met verfijnd uitgesneden en/of gefreesd hangend element of drop. en tandlijst, geopend door een tweelicht.

 Aanleunend op hoek in Woeringenstraat nr. 20, gelijktijdig opgetrokken opbrengsthuis met afgeschuinde hoek. Eenvoudige bepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. gevel, vijf bouwlagen en zes traveeën, met hoekbalkon en ruime erkerpartij.


Bronnen

Archieven
SAB/OW 16621 (1875).