Typologie(ën)

architectenwoning
gelijkvloers met handelszaak

Ontwerper(s)

Jean VAN HALLarchitect1901

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Art nouveau

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2013-2014

id

Urban : 22862
lees meer

Beschrijving

Huis in art-nouveaustijl met commerciële benedenverdieping, ontworpen door en voor architect Jean Van Hall, 1901.

Het huis werd in 1926 gekocht door de moeder van beeldend kunstenaar Roger Langbehn (Parijs, 1892 – Montdidier, 1918). Het herbergt thans de Association Roger Langbehn, een vereniging die zich wijdt aan kunsteducatie en eerbied voor de natuur.

Gevel in gele baksteen versierd met oranje en witte bakstenen, witsteen en hardsteen; onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. en een borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. op de benedenverdieping met breuksteenMetselwerk bestaande uit brokken onregelmatige natuursteen. van roze zandsteen. Opstand van drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met verspringende bouwlagen. Linkertravee van twee bouwlagen: breed hoefijzerboogvormig vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. op de benedenverdieping, glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. achter een balkon op de verdieping. De twee overige traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) hebben drie bouwlagen. De centrale toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht., in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden., is smaller en wordt bekroond door een topstuk in bewerkte steen waarvan de makelaar1. Versiering op de nok van een dak in de vorm van een decoratieve metalen, terracotta of houten stang; - 2. Middenstijl van een dakspant. is verdwenen; deur bekroond door een luifelAfdak boven de ingang van een huis of handelszaak. die dient als platform voor een houten erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. met een dak met bolronde vlakken. Op de rechtertravee, etalage bekroond door een entresolvenster, naast een deur. Plat dak in 1911 vervangen door een zadeldakDak met twee hellende dakvlakken.. De meeste venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. onder I-balkIJzeren latei met I-profiel. en ontlastingsboogBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast. met een timpaanMonumentaal driehoekig of segmentvormig boogveld, meestal besloten in een fronton; vaak rijkelijk versierd. versierd met sgraffiti met bloemenmotieven toegeschreven aan Adolphe Crespin. De gebuikteMet een buik staand; welvend oppervlak dat een ongelijkmatige boogwerking vertoont. gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. is oorspronkelijk, net als het smeedijzeren traliewerk van de onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen., waarvan het grootste een vlinder vormt. Oorspronkelijke schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... ; toegangsdeur en borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. van de erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. met schuine balken. De erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. en het bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. van sommige ramen zijn versierd met glas-in-loodramen toegeschreven aan Raphaël Evaldre; dat van het hoefijzerboogvormige vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. stelt een libel voor.

Interieur. In de hal, ijzerwerkVerzameling van alle metalen elementen van een gebouw. van de trap naar de benedenverdieping in de vorm van een vlinder. In de salon, hoge schoorsteen in neo-Vlaamse renaissancestijl. In de erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. bevond zich oorspronkelijk een toilet.

Bronnen

Archieven
GAS/DS 228-90.

Tijdschriften
RESSELER, M., “La maison Langbehn”, Nouvelles du patrimoine, 133, 2011, pp. 20-23.

“Double maison, 90, rue Renkin, à Brussel”, La décoration ancienne et moderne, 23, 10e jaargang, pl. 155.

Websites
Maison Langbehn