Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

Stijlen

Beaux-Artsstijl

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Het monumentale erfgoed van België. Elsene (DMS-DML - 2005-2015)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2005-2007

id

Urban : 16609
lees meer

Beschrijving

Woning op hoek met M. Delstanchestraat, in Beaux-ArtsstijlArchitectuurstroming (ca. 1905-1930) met reminiscenties aan de grote Franse architectuurstijlen uit de 18e eeuw. Rijk en zorgvuldig gedecoreerde gevels in natuursteen en/of simili of in combinatie met baksteen. Borstweringen en poorten in fraai uitgewerkt smeedwerk. i.o.v. en n.o.v. arch. Benjamin De Lestré de Fabribeckers, 1913.

Oorspronkelijk mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. verbouwd tot bijkomende verdieping en interieur verbouwd tot appartementen (n.o.v. arch. G. Gilbert, 1934).

Vier bouwlagen en één traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) in M. Delstanchestraat, een afgeronde hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw., drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) in L. Hymansstraat, waarvan laatste blindZonder opening; blind venster, schijnopening., aansluitende omheiningmuur met garagepoort. BepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. en beschilderde gevels op hardstenen plint. Meestal rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur.; in M. Delstanchestraat drielichtenGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere.. Benedenverdieping met doorlopende  schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren., opengewerkte en getraliede toegangsdeur binnen gekoofde omlijsting. Op eerste verdieping rondboogvensters met archivoltGeprofileerde of versierde omlijsting van een boog.; aan beide straatgevels binnen trapezoïdale erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld.; ovale oculusKlein rond, ovaal of polygonaal venster. boven toegangsdeur. Op tweede verdieping terrassen met smeedijzeren borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.; terugspringende cilindervormig hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. met balkon op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. met dito borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Getande houten kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op modillonsRechthoekig kraagstuk, ter versiering van een kroonlijst.; in twee laatste traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) in L. Hymansstraat onder frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening. en hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. onder kegelvormig dak met dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. onder frontonsDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.. Typerende ornamentenNiet-zelfstandig sierelement om een voorwerp of gebouw op te luisteren. zoals weelderige cartouchesOmlijsting van een uitspringend vlak in de vorm van ingesneden en omkrullend papier of leer; vaak met opschrift of intern versierd., guirlandes,… Bewaard schrijn- en smeedwerk.

Bronnen

Archieven
GAE/DS 212-1.