Typologie(ën)

appartementsgebouw

Ontwerper(s)

Alfred KNEINarchitect1923

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Beaux-Artsstijl

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

1993-1995

id

Urban : 14957
lees meer

Beschrijving

Appartementsgebouw waarvoor bouwaanvraag van 1923, n.o.v. arch. Alfred KNEIN, op plintHoge plint van een gevel; fungeert als voetstuk in ordonnantie van de gevel. gesigneerd. Oorspronkelijk drie bouwlagen en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken. ; in 1924 met één bouwlaag verhoogd.

Lijstgevel in bruine baksteen op blauwe hardstenen plintHoge plint van een gevel; fungeert als voetstuk in ordonnantie van de gevel. met veelvuldig gebruik van natuursteen en similisteenBepleistering ter imitatie van natuursteen. voor hoekblokkenAfwisselende opeenvolging van lange en korte zijden van natuurstenen hoekblokken of neggen (geprofileerd) in een bakstenen gevel., hanenkamVlakke samengestelde latei, waarvan de stenen als boogstenen functioneren; in ruime zin slaat de term ook op een boog met een getrapte (pseudo-) boogrug., casementversiering, sleutelsSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf., aanzetstukken en rechthoekige decoratie op muurdammenParement tussen twee muuropeningen (vensters of deuren) in dezelfde bouwlaag.. Verdiepingen geritmeerd door drie oplopende nissenUitsparing in de dikte van een muur, kan rechthoekig zijn of onder een boog, achtervlak kan vlak, segmentvormig, halfrond of gebogen zijn; diepe nis voor standbeeld. waarin diverse muuropeningen. Op begane grond vleugeldeur met bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. en twee korfboogvensters, muuropeningen met hanenkamVlakke samengestelde latei, waarvan de stenen als boogstenen functioneren; in ruime zin slaat de term ook op een boog met een getrapte (pseudo-) boogrug. en negblokomlijsting. Eerste verdieping met vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. en twee deurvensters met doorlopend  balkon en fraai smeedwerkTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… op centrale voluutconsole. Overige verdiepingen met registersVensterstrook in een topgevel. van telkens drie ramenVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. ; casementversiering op de borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. en origineel raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. met kleine roedenverdeling boven de tussendorpelStenen dorpel die een deur of venster horizontaal in tweeën deelt.. Houten kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). met tandlijst op smalle voluutconsoles.

Bronnen

Archieven
GAEtt./OW 2956 (1923), 545 (1924).