Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Eclectisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2005

id

Urban : 17575
lees meer

Beschrijving

Geheel gevormd door hoekgebouw en rijhuis in eclectischeVeel voorkomende stijl (ca. 1850-1914) die inspiratie put uit verschillende architectuurstijlen uit het verleden. Komt door de combinatie van enerzijds verschillende stijlelementen en anderzijds nieuwe technieken en materialen tot een unieke eigentijdse creatie. stijl, 1906. Natuurstenen gevels met hardstenen banden, lateienBalkvormig element van hout, steen, beton of metaal dat een muuropening overspant en bovenliggend metselwerk steunt., entablementenHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles. en waterlijstenVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen. op dito sokkelHoge plint van een gevel; fungeert als voetstuk in ordonnantie van de gevel. en bakstenen ontlastings- of vensterbogen.

Nr. 2 en Tervurenlaan nr. 175. Drie bouwlagen op souterrainHoge kelder of half verzonken verdieping. onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Links trapezoïdale hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw.. Licht risaliterendeRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden. centrale traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met gestapelde rechthoekige erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. oplopend tot tweede bouwlaag, bekroond door plat dak en houten kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). met modillonsRechthoekig kraagstuk, ter versiering van een kroonlijst.. Derde bouwlaag met drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. waarvan flankerende venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. blindZonder opening; blind venster, schijnopening. zijn. Uiterst rechts smalle inkomsttravee met houten vleugeldeur onder bogenfries en rechthoekig impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak.. Houten kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). met modillonsRechthoekig kraagstuk, ter versiering van een kroonlijst., drie rechthoekige dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap.. HoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. met garage (1930).

Nr. 4. Vier bouwlagen op souterrainHoge kelder of half verzonken verdieping. onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken.. Twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) in eerste twee bouwlagen, derde en vierde bouwlaag met vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op eerste en vierde bouwlaag, getoogdBoog die minder dan een halve cirkel beschrijft; boog in de vorm van een cirkelsegment. Bij vensters spreekt men dan van een getoogd venster of steekboogvenster. op tweede bouwlaag, rondboogvormigBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft. op derde bouwlaag. Linkertravee licht risaliterendRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden. met gestapelde trapezoïdale erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. bekroond door terras met gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. in derde bouwlaag. Inkomsttravee met gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. muuropeningen; linkervensters blindZonder opening; blind venster, schijnopening. in tweede en derde bouwlaag; rechts vleugeldeur met groot bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden.. Houten kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op smalle modillonsRechthoekig kraagstuk, ter versiering van een kroonlijst.. Kleine dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. ter hoogte van derde traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) van latere datum.

Bronnen

Archieven
GASPW/DS 336 (1906), 71 (1930), 50 (1994).
GASPW/DE postkaart nr. 289.