Typologie(ën)

gelijkvloers met handelszaak
opbrengsthuis

Ontwerper(s)

Georges DHAEYERarchitect1907

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Eclectisme
Neo-Vlaamse renaissance
Art nouveau

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2005

id

Urban : 17506
lees meer

Beschrijving

Gebouw met handelszaak in eclectische stijl met art-nouveau-elementen n.o.v. arch. Georges Dhaeyer, 1907.

Drie bouwlagen met mezzaninoHalve verdieping, gelegen net onder de kroonlijst. onder gecombineerde bedaking. Bakstenen gevel met witstenen elementen. Rechthoekige muuropeningen. Benedenverdieping met bossageIn oorsprong een gevelbehandeling waarbij ruwgehakte, rechthoekige blokken natuursteen uit de loodlijn steken en de gevel op die manier een fors, rustiek (rustica) karakter verleent; later op gevel vormelijk geïmiteerd door middel van uitspringend al dan niet bepleisterde bakstenen blokken of banden (doorlopende schijnvoegen). op sokkel: links verbouwde toegang onder entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles. met deur onder liggend impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak. en ernaast muurdamParement tussen twee muuropeningen (vensters of deuren) in dezelfde bouwlaag. onder dito vensterLicht- en/of luchtopening in een muur.; brede vitrine gevolgd door smaller vensterLicht- en/of luchtopening in een muur., beiden onder hanenkamVlakke samengestelde latei, waarvan de stenen als boogstenen functioneren; in ruime zin slaat de term ook op een boog met een getrapte (pseudo-) boogrug. en met neggen; laatstgenoemde vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. met gebeeldhouwde sleutelSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf..
Verdiepingen geritmeerd door ribben en bekroond door resp. arend en vleermuis. In tweede bouwlaag venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. onder brede spitsbogen met gebeeldhouwde vogels aan uiteinden; in tweede en derde traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) doorlopend  balkon met vervangen borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. en op gebeeldhouwde consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.. In derde bouwlaag tweelichtenTweedelige lichtopening, door deelzuiltje gesplitst. onder  spitsbogen; in toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht. spitsen bekroond door resp. uil en haan. MezzaninoHalve verdieping, gelegen net onder de kroonlijst. met tweelichtenTweedelige lichtopening, door deelzuiltje gesplitst.. Torenspits met dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap..

Verschillende verbouwingen: toevoeging van trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. naast eerste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) en verbouwing eerste bouwlaag (n.o.v. arch. R. Thoelen, 1952); inrichting van studentenkamers, waarbij aanpassing van interieur en dak met mezzaninoHalve verdieping, gelegen net onder de kroonlijst. (n.o.v. arch. R. Thoelen, 1974).

Bronnen

Archieven
GASPW/DS 435 (1907), 635 (1952), 150 (1974).