Typologie(ën)

gelijkvloers met handelszaak
woning

Ontwerper(s)

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Neoclassicisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

1993-1995

id

Urban : 10284
lees meer

Beschrijving

Ensemble van vijf neoclassicistischArchitectuurstroming (vanaf eind 18e eeuw tot ca. 1914) met voorliefde voor orde en symmetrie, gekenmerkt door bepleisterde en wit beschilderde lijstgevels die het stadsbeeld uniformiseren. Verhoudingen en vormentaal van deze stroming evolueren met de tijd. geïnspireerde panden van 1883 (Nr. 7 heropgebouwd in 1887). Nr. 11 tot 15 volgens zelfde bouwvergunning. Talrijke gevelwijzigingen (1912, 1925, 1936, 1961 en 1964), o. a. door de verbouwing van de begane grond tot winkelpui.

Telkens drie bouwlagen en twee of drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Rechthoekige of getoogdeBoog die minder dan een halve cirkel beschrijft; boog in de vorm van een cirkelsegment. Bij vensters spreekt men dan van een getoogd venster of steekboogvenster. vensteromlijstingen, in geriemde omlijsting met bewerkte sleutelSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf. (Nr. 11 en 15). Al dan niet kordonvormende lekdrempels. Op eerste verdieping balkon met smeedijzerenTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… leuning in linkertravee of doorlopend  (Nr. 7). VensterleuningenLage, versierde leuning boven een onderdorpel, meestal in metaal. (Nr. 7), klein centraal balkon (Nr. 9) of panelen1. Dunne (houten) plaat, gevat in een omlijsting van stijlen en regels van deuren, lambriseringen en plafonds; - 2. Gevelversiering in de vorm van een in- (spiegel) of uitspringende (paneel) rechthoekige omlijsting. op borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. (Nr. 11 tot 15) in derde bouwlaag. Klassieke kroonlijstenStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement)..

Bronnen

Archieven
GASJ/DS/OW 2839, 2858 (1883), 3362 (1887).