Typologie(ën)

woning

Ontwerper(s)

A. BOMERTarchitect1929

Stijlen

Art deco

Onderzoek en redactie

1997-2004

id

Urban : 3520
lees meer

Beschrijving

Huis in art-decostijl met asymmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit twee ongelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de hoofdtravee is meestal breder, rijker uitgewerkt en wordt verder benadrukt door licht vooruit te springen en/of door één of meer balkons; de kelders zijn meestal hoog, wat zich vertaalt in een hoge onderbouw; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers. n.o.v. arch. A. Bomert, 1929.

Bakstenen gevel met witstenen elementen. Op benedenverdieping garage en portaal1. In muur uitgespaarde ruimte voor een deur of toegang; - 2. Meer gesloten, voor of achter een gebouw geplaatste beschutting (voorbouw, vestibule). met opengewerkte deur, beiden onder rondboogBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft.. Op verdiepingen rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met tussendorpelStenen dorpel die een deur of venster horizontaal in tweeën deelt.. Op hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. in tweede bouwlaag trapezoïdale erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. op geprofileerde lampetNeerwaartse beëindiging, afhangende versiering als aanzet van een balkon of erker., met daarboven drieledig bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden..; in derde bouwlaag drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere.. Decoratief metselwerk met graat of dambordpatroon op borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. en hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel.. Bewaard schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... ; bovenlichtenBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. met roedeverdeling.

Bronnen

Archieven
GASG/DS 445 (1929).