Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

INCONNU - ONBEKEND1865-1876

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Neoclassicisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016-2017

id

Urban : 24181
lees meer

Beschrijving

Drie analoge burgerhuizen in neoclassicistischeArchitectuurstroming (vanaf eind 18e eeuw tot ca. 1914) met voorliefde voor orde en symmetrie, gekenmerkt door bepleisterde en wit beschilderde lijstgevels die het stadsbeeld uniformiseren. Verhoudingen en vormentaal van deze stroming evolueren met de tijd. stijl en met symmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit drie gelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de centrale travee wordt in vele gevallen rijker uitgewerkt en benadrukt door haar licht te laten uitspringen en/of door één of meerdere balkons; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers., wellicht als geheel ontworpen, tussen 1865 en 1876.

Deze huizen maken deel uit van bijzonder homogene huizenrij in dezelfde stijl, van nr. 8 tot nr. 20.

Benedenverdieping en centrale traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met verdiepte schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren.. Balkons met gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Rijk stucwerkdecor: cartouches, guirlandesGehouwen of gesneden slinger van bloemen, bladen of vruchten. Als festoen, vaak met linten en opgehangen aan strikken met neerhangende uiteinden. , rankversiering, laurierbladeren, leeuwenkoppen, enz. Fraai bewerkte deuren bewaard. Kroonlijsten van nr.14 en 16 bewaard, die van nr.12 gedeeltelijk. Raamwerk vervangen.

Op nr.12, venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. van de benedenverdieping verlaagd in 1901. Borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. van de eerste verdieping met balustersVaasvormige spijl van een borstwering..

Op nr.16, thans afgekapte gevel. Mansardedak geplaatst in 1909. Houten dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. onder boogvormig frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening..

Bronnen

Archieven
GAS/DS
 12: 68-10 (1901); 16: 68-14 (1909).