Onderzoek en redactie

1993-1995

 

Bekijk de weerhouden gebouwen
Van Sint-Antoonplein naar Mouterijstraat (Elsene) die over de Luxemburg-spoorlijn loopt, aan het kruispunt met de de Theuxstraat, Philippe Baucqstraat en Nieuwelaan.

De laan die een O.-W.-tracé volgt werd gecreëerd in 1903 (algemeen rooilijnenplan van de Solboswijk). Ze heeft haar naam te danken aan een katholiek staatsman uit XIX.

Het merendeel van de huizen werd gebouwd tussen 1906 en 1914 in eclectische stijl. Meestal polychrome bakstenen gevel met drie bouwlagen + souterrain en twee traveeën, zie Nr. 3, 5 (1910, n.o.v. arch. Louis DOURET), 18 tot 32 (zie verder) en 48 (1913, n.o.v. arch. BARTHOLYNS), 86, 88 (1914, n.o.v. arch. Léon SMETS).

Eveneens uit deze periode, en dan vooral in het tweede, even deel van de laan verschillende huizen met brede inrijpoort die naar winkel of atelier achteraan leidt, o.a. Nr. 74 tot 84 (1911, n.o.v. arch. Joseph COSTERMANS), 76 (1913, n.o.v. arch. Léon SMETS), 78 (1911), 80 (1912, n.o.v. arch. Joseph COSTERMANS), 82 (1911), 84 (1910, n.o.v. arch. P. DEBROUX).

Verder enkele typische constructies in art deco of modernistische stijl uit het interbellum. Vaak gaat het om appartementsgebouwen, op de hoek met de Generaal Capiaumontstraat en de de Haernestraat: Nr. 9 (volgens n.o.v. arch. Jacques DE COSTER), 11-13 (1932, n.o.v. arch. Léon LEGRAND), 15 (1938, n.o.v. arch. Marcel KEULENEER), 53-55, 57-59 (1933, n.o.v. arch. Jean FINNÉ), 61 (1933, n.o.v. arch. C. CARLIER), 63 (1938, n.o.v. arch. Armand DEMEY).

Op de plaats van de vroegere "brasserie Saint-Antoine" uit 1910 (Nr. 8-10) ten slotte heden appartementsgebouw met gordijngevel uit 1974-1975 n.o.v. arch. Henri STENNE, vier verdiepingen + laatste terugwijkende verdieping. Stijlbreuk t.a.v. aanpalende neogotische panden, Nr. 12 en 14, n.o.v. arch. Edmond SERNEELS, 1906.

Bronnen

Archieven
KB 21.07.1903, 31.07.1903.
GAEtt./OW 788, 565, 1104 (1910), 187, 1055, 2641 (1911), 3395 (1912), 5689, 5735 (1913), 35 (1914), 886 (1932), 3169, 3326 (1933), 1934, 2934, 3279 (1938), 2697 (1974).
RC 1909, p. 7; 1910, p. 9.

Publicaties en studies
MEIRE, R. J., Histoire d'Etterbeek, Musin, Brussel, 1981, p. 86.