Typologie(ën)
elektriciteitscabine
Ontwerper(s)
Alphonse BOELENS – architect – 1911
Juridisch statuut
Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024
Stijlen
Eclectisme
Inventaris(sen)
- Inventaris van de Industriële Architectuur (AAM - 1980-1982)
- Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
- Het monumentale erfgoed van België. Elsene (DMS-DML - 2005-2015)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek Het ontwerp van een onroerend goed (gebouw) door een gerenommeerde kunstenaar (architect) kan maar zeer zelden als criterium worden beschouwd. Om het belang van de selectie van dit onroerend goed te beoordelen, en de plaats dat het inneemt in het oeuvre van een kunstenaar (architect), is dit een criterium dat moet worden afgewogen met de architectonische kwaliteit (compositie en interne structuur), de uitvoering (materialen, technische beheersing), de plaats in de architectuurgeschiedenis dewelke een getuigenis zijn van een fase of aspect van landschapsarchitectuur of de bouwkunst in het verleden. Zodoende gelden koppelingen naar volgende criteria: zeldzaamheid (typologie, stijl, materiaalgebruik, bronnen), representativiteit (idem) en integriteit (idem + kwaliteit van uitvoering).
- Esthetisch Het onroerend goed heeft een esthetische waarde als het de waarnemer zintuigelijk prikkelt op een positieve manier (‘ervaring van schoonheid). Historisch gezien werd deze waarde aangewend om waardevolle natuurlijke of semi-natuurlijke gebieden aan te duiden, maar het kan ook gelden voor grote gehelen van gebouwen in een stedelijk gebied, met of zonder natuurlijke elementen, of monumenten die het stadslandschap markeren. Automatisch dringt een afweging met andere waarden zich op, de artistieke in de eerste plaats, maar ook de landschappelijke (integratie van het werk in het stedelijk landschap, oriëntatiepunten in de stad) en stedenbouwkundige waarde (spontane of rationele stedelijke gehelen), en dienen koppelingen naar selectiecriteria worden gemaakt: representativiteit, ensemblewaarde en contextuele waarde. Criteria die met andere (met name artistieke) criteria moeten worden gecombineerd.
- Historisch Het onroerend goed heeft een historische waarde als het getuigt van een bijzondere periode in de geschiedenis van de streek of de gemeente, of als bijzonder belangrijke ouderdom en zeldzame ontwikkeling voor een periode (bv. tuinstad die representatief is voor een bouwwijze die werd toegepast in het kader van de grote bouwcampagnes na de Tweede Wereldoorlog; dorpskernen die de eerste gegroepeerde bouwwerken van de gemeenten van de tweede ring illustreren; Hallepoort als overblijfsel van de tweede omwalling; enz.), of als getuigenis van een bepaalde stedelijke (en/of landschappelijke) ontwikkeling van de stad (bv. gebouwen aan de centrale boulevards of in de Leopoldswijk), of wanneer het een band vertoont met een belangrijke historische figuur - met inbegrip van persoonlijke huizen van architecten en kunstenaarsateliers (b.v. het geboortehuis van Constantin Meunier, het huis van Magritte), of in verband kan worden gebracht met een belangrijke historische gebeurtenis (b.v. huizen van de wederopbouw na het bombardement van 1695, Congreskolom), of een typologische representativiteit vertoont die kenmerkend is voor een commerciële of culturele beroepsactiviteit (bv. kerken, bioscopen, industriële architectuur, apotheken).
- Wetenschappelijk Over het algemeen gebruikt om natuurlijke of semi-natuurlijke gebieden te waarderen in hun botanische kwaliteiten. Binnen de context van een onroerend goed kan het de aanwezigheid van een (bouw)element (bijzonder materiaal, experimenteel materiaal, bouwprocédé of -component) of getuigenis van een ruimtelijk-structurele ruimte (stedenbouwkundig) waarvan het behoud moet worden overwogen met het oog op wetenschappelijk onderzoek.
- Technisch Onder de technische waarde van een onroerend goed kan men het vroeg gebruik van een bepaald materiaal of een bepaalde techniek verstaan (> engineering), ook gebouwen met een constructief of technologisch belang, een technisch hoogstandje of een technologische innovatie kunnen in aanmerking komen. Het kan eveneens industrieel-archeologisch waardevol worden begrepen zoals getuigenissen van verouderde bouwmethodes. Vanzelfsprekend dringt een koppeling zich aan mbt een wetenschappelijke waarde.
- Stedenbouwkundig Sommige bouwkundige goederen spelen, meer dan andere bouwkundige goederen, een prominente rol in de planmatige inrichting van de bebouwde ruimte in het verleden. Meestal determineren zijn andere stedenbouwkundige (plan)vormen zodat er zich een wisselwerking voortdoet tussen bebouwde en niet-bebouwde (of open) ruimte. Die inrichting omvat ook de samenhang tussen verschillende schaalniveaus. Een onroerend goed heeft stedenbouwkundige waarde wanneer het hierin een rol speelt, bijvoorbeeld hoekgebouwen, coherente pleinen of (straatwanden), deskundig ingeplante torens (hoogbouw) en hun relatie tot hun onmiddellijke kwaliteitsvolle omgeving die coherent kan zijn, maar ook contrastrijk, maar ook relicten van stedenbouwkundige concepten en hoe deze architecturaal (en typologisch) zijn of werden ingevuld, zoals bijvoorbeeld de nog bewaarde eclectische stadspaleizen en/of herenhuizen in de Leopoldswijk.
Onderzoek en redactie
2013-2015
id
Urban : 23446
Beschrijving
Elektriciteitscentrale in eclectische stijl, n.o.v. architect Alphonse Boelens, 1911.
De elektriciteitscentrale van de Voltastraat werd tussen 1911 en 1914 gebouwd. Ze bestond toen uit de machinezaal (huidige nr.6a), een materieelopslagplaats (gesloopt, bevond zich ter hoogte van nr.4) en een woning, wellicht bestemd voor de directeur (gesloopt, bevond zich op de hoek met de Boondaalsesteenweg).
Het gebouw van de machinezaal werd binnen het huizenblok gebouwd, evenwijdig met de Voltastraat. Dit rechthoekige gebouw heeft twee ruim beglaasde topgevelsHoogste deel van een gevel, vaak driehoekig en/of getrapt. en een lange zijgevel. De tweede zijgevel, aan de begraafplaats, wordt geflankeerd door een bijgebouw dat uit dezelfde periode stamt als de machinezaal.
Gevels in baksteen en hardsteen. PuntgevelGevel waarvan de top driehoekig is. aan de voorzijde voorzien van topstukken en frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening. van drie niveaus; drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) van drie bouwlagen, gevat in een grote boogConstructie waarvan de beschrijvende lijnen delen van cirkels of gebogen lijnen zijn en waarin alle drukkrachten optreden.. Grote beglaasde muuropeningen en, centraal, een deur onder luifelAfdak boven de ingang van een huis of handelszaak. achter een bordes1. Verhoogd platform vóór de ingang van een gebouw, bereikbaar via een aantal treden; - 2. Vloertje, boven aan of midden in een trap..
Rechterzijgevel van tien traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) en twee bouwlagen, gescandeerd door pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel.. Steekboogvensters.
De gehele machinezaal wordt overdekt door een metalen gebinte waarop een vierledig dak met beglaasde zijvlakken rust.
Aan de interieurafwerking van het gebouw is grote zorg besteed: zie ondermeer het ijzerwerkVerzameling van alle metalen elementen van een gebouw., de wandkeramiek, de trappen, de consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. en de vloerbekleding, ...
Het bijgebouw, links van de machinezaal, heeft één bouwlaag en vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Oorspronkelijk was het bedekt door een deels beglaasd dak en werd het door een grote schoorsteen bekroond.
Vanaf de jaren 1950 tot de jaren 1970 werd deze eerste centrale met verscheidene gebouwen aangevuld, en in 2000 werd ze volledig gerenoveerd.
De elektriciteitscentrale van de Voltastraat werd tussen 1911 en 1914 gebouwd. Ze bestond toen uit de machinezaal (huidige nr.6a), een materieelopslagplaats (gesloopt, bevond zich ter hoogte van nr.4) en een woning, wellicht bestemd voor de directeur (gesloopt, bevond zich op de hoek met de Boondaalsesteenweg).
Het gebouw van de machinezaal werd binnen het huizenblok gebouwd, evenwijdig met de Voltastraat. Dit rechthoekige gebouw heeft twee ruim beglaasde topgevelsHoogste deel van een gevel, vaak driehoekig en/of getrapt. en een lange zijgevel. De tweede zijgevel, aan de begraafplaats, wordt geflankeerd door een bijgebouw dat uit dezelfde periode stamt als de machinezaal.
Gevels in baksteen en hardsteen. PuntgevelGevel waarvan de top driehoekig is. aan de voorzijde voorzien van topstukken en frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening. van drie niveaus; drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) van drie bouwlagen, gevat in een grote boogConstructie waarvan de beschrijvende lijnen delen van cirkels of gebogen lijnen zijn en waarin alle drukkrachten optreden.. Grote beglaasde muuropeningen en, centraal, een deur onder luifelAfdak boven de ingang van een huis of handelszaak. achter een bordes1. Verhoogd platform vóór de ingang van een gebouw, bereikbaar via een aantal treden; - 2. Vloertje, boven aan of midden in een trap..
Rechterzijgevel van tien traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) en twee bouwlagen, gescandeerd door pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel.. Steekboogvensters.
De gehele machinezaal wordt overdekt door een metalen gebinte waarop een vierledig dak met beglaasde zijvlakken rust.
Aan de interieurafwerking van het gebouw is grote zorg besteed: zie ondermeer het ijzerwerkVerzameling van alle metalen elementen van een gebouw., de wandkeramiek, de trappen, de consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. en de vloerbekleding, ...
Het bijgebouw, links van de machinezaal, heeft één bouwlaag en vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Oorspronkelijk was het bedekt door een deels beglaasd dak en werd het door een grote schoorsteen bekroond.
Vanaf de jaren 1950 tot de jaren 1970 werd deze eerste centrale met verscheidene gebouwen aangevuld, en in 2000 werd ze volledig gerenoveerd.
Bronnen
Archieven
GAE/OW 66 farde 118 Elektriciteitscentrale. Voltastraat; 66 farde 146 Elektriciteitscentrale. Voltastraat.
GAE/DS 313-Onderstation van de elektriciteitscentrale.
Publicaties en studies
Inventaire visuel de l'architecture industrielle à Bruxelles–Ixelles, AAM, Brussel, 1980-1982, fiches 92, 92bis en 92ter.