Bekijk de weerhouden gebouwenVan Georges Brugmannplein naar Vanderkinderestraat. Deels op het grondgebied van Elsene, deels op dat van Ukkel. De nr. 1 tot 75 en de nr. 2 tot 30 bevinden zich op Elsene.

Aangelegd in het kader van het Plan général d'alignement et d'expropriation par zones van de Berkendaalwijk (landmeter César Boon), goedgekeurd bij K.B. van 12.07.1902 en lichtjes gewijzigd bij K.B. van 02.05.1904 en dat van 31.05.1904.

De straat is genoemd naar Joseph Stallaert (1825-1903), klassiek schilder, portrettist en schilder van historiestukken. Hij won 1847 de Prijs van Rome en werd in 1852 directeur van de academie van Doornik; hij was van 1865 tot 1900 leraar schilderkunst en van 1895 tot 1898 directeur van de academie van Brussel. Van hem zijn meerdere werken bewaard in de musea van Brussel, Elsene, Antwerpen, Gent en Doornik (Piron, P., 2003, p. 462).

Hoewel er in de Joseph Stallaertstraat voor W.O.I al enkele gebouwen verschenen, dateert het grootste deel van de bebouwing van de jaren 1920. Het straatbeeld is echter niet homogeen. Eengezinswoningen in Beaux-Artsstijl staan naast opbrengsthuizen, een garage bevindt zich naast een pastorie en een herenhuis naast een bel-etagewoning van de jaren 1960.

Tot de gebouwen van voor W.O.I behoort nr. 27 van 1909 in eclectische stijl met polychroom parement en asymmetrische compositie, dat goed bewaard is. De voormalige parochiezaal in eclectische stijl werd in 1915 in opdracht van Frédéric Brugmann, neef van Georges Brugmann, gebouwd als provisorische kerk, vóór de bouw van de kerk van Onze-Lieve-Vrouw Boodschap, op het Brugmannplein (zie nr. 6).

De huizen uit het interbellum sluiten aan bij de Beaux-Artsstijl of de art deco. Sommige behielden hun oorspronkelijke gevel: nr. 2 (1926), nr. 19(1924), nr. 20 (architect J. Goffin, 1927), nr. 61 (architect Antoine Detour, 1926), nr. 67 (1923), nr. 69 (architect Adolphe Masure, 1928), nr. 73 huis met handelsruimte op benedenverdieping (architect Albert Huvenne, 1925). Uit dezelfde periode dateren twee opbrengsthuizen, nr. 21-23 (algemene onderneming Ernest Marit, 1927) en 63-63a (met handelsruimte, architect G. Desmet en aannemer J. B. Collart, 1931), die hoger zijn dan de rest van de straatbebouwing. Hun eclectische stijl vertoont invloeden van de art deco.
Het herenhuis op de hoek met de Molièrelaan werd eind jaren 1920 ontworpen door architect Paul Picquet (zie nr. 57-59). Dit huis in klassiek modernistische stijl verschilt radicaal van de gebouwen in Beaux-Artsstijl die gebruikelijk waren voor deze architect.

In het begin van de straat aan onpare kant bevond zich een groot complex van het Belgische Rode Kruis dat een groot deel van het terrein tussen de J. Stallaertstraat, het G. Brugmannplein en de E. Picardstraat in beslag nam (zie G. Brugmannplein nr. 28 en 29). Het werd in 2008 gesloopt.

Bronnen

Archieven
GAE /OW Historique des rues (1925); GAE /OW Convention Berkendael (plan naar de hand van landmeter C. Boon, Elsene, 20 september 1898).
GAE/DS 2: 181-2; 19: 181-19; 20: 181-20; 21-23: 181-21-23; 27: 181-27; 61: 181-61; 63: 181-63-63A; 67: 181-67; 69: 181-69; 73: 181-73.

Publicaties en studies
Ixelles, Ensembles urbanistiques et architecturaux remarquables, ERU, Brussel, 1990, pp. 159-172.
PIRON, P., Dictionnaire des artistes plasticiens de Belgique des XIXe et XXe siècles, éd. Art in Belgium, Lasne, 2003, p. 462.

Tijdschriften
‘L'Institut National du Sang à Bruxelles. Bureau d'Architecte et d'Urbanisme: Jacques Wybauw, architecte, professeur. Direction des études: Robert d'Huys, architecte. Direction d'opérations: Paul Evrard, architecte', Architecture, 88, 1969, pp. 421-424.

Websites
http://www.arto.be/