Typologie(ën)
burgerwoning
garage
garage
Ontwerper(s)
STEURS – aannemer – 1907
Gustave HUYBRECHT – architect – 1907
Stijlen
Eclectisme
Inventaris(sen)
- Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
- Het monumentale erfgoed van België. Elsene (DMS-DML - 2005-2015)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
2007-2009
id
Urban : 19227
Beschrijving
Chauffeurswoning met garage en burgerwoning i.o.v. Lowet, door aannemer Streus en n.o.v. arch. Gustave Hubrecht, 1907.
Nr. 58. Twee bouwlagen en twee ongelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) geleed door pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel.. Bakstenen gevel met witgeschilderde similibanden en –elementen op hardstenen sokkel. Rechthoekige muuropeningen onder I-balkIJzeren latei met I-profiel. op kussenblokken1. Dekplaat dat ligt tussen de drager (kapiteel) en het gedragene (balk of boog); 2. Kwartronde kraagsteen van een venster- of deurboog.. HoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. met brede drieledige houten poort, bovenaan beglaasd en getralied, en op verdieping gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur.. Smalle toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht. met lage beglaasde en getraliede deur en op verdieping twee venstertjes binnen dezelfde muuromlijsting. Eenvoudige kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. ZadeldakDak met twee hellende dakvlakken. met boven hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. tussen vleugelstukken en met leien beklede wangenStenen zijkanten van schouwmantel, balkonborstwering, of andere. en tentdak.
Nr. 60. Woning met symmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit drie gelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de centrale travee wordt in vele gevallen rijker uitgewerkt en benadrukt door haar licht te laten uitspringen en/of door één of meerdere balkons; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers.. Benedenverdieping met muuropeningen tussen geblokte pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel.; beglaasde en getraliede koetspoort. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op verdiepingen per traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) binnen zelfde rondboogvormige omlijsting. Voor twee eerste traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) doorlopend balkon met gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Bewaard schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... .
Nr. 58. Twee bouwlagen en twee ongelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) geleed door pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel.. Bakstenen gevel met witgeschilderde similibanden en –elementen op hardstenen sokkel. Rechthoekige muuropeningen onder I-balkIJzeren latei met I-profiel. op kussenblokken1. Dekplaat dat ligt tussen de drager (kapiteel) en het gedragene (balk of boog); 2. Kwartronde kraagsteen van een venster- of deurboog.. HoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. met brede drieledige houten poort, bovenaan beglaasd en getralied, en op verdieping gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur.. Smalle toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht. met lage beglaasde en getraliede deur en op verdieping twee venstertjes binnen dezelfde muuromlijsting. Eenvoudige kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. ZadeldakDak met twee hellende dakvlakken. met boven hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. tussen vleugelstukken en met leien beklede wangenStenen zijkanten van schouwmantel, balkonborstwering, of andere. en tentdak.
Nr. 60. Woning met symmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit drie gelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de centrale travee wordt in vele gevallen rijker uitgewerkt en benadrukt door haar licht te laten uitspringen en/of door één of meerdere balkons; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers.. Benedenverdieping met muuropeningen tussen geblokte pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel.; beglaasde en getraliede koetspoort. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op verdiepingen per traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) binnen zelfde rondboogvormige omlijsting. Voor twee eerste traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) doorlopend balkon met gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Bewaard schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... .
Bronnen
Archieven
GAE/DS 175-58, 175-60.