Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

J. MERTENSarchitect1917

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Eclectisme

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2018

id

Urban : 38359
lees meer

Beschrijving

Burgerwoning in eclectischeVeel voorkomende stijl (ca. 1850-1914) die inspiratie put uit verschillende architectuurstijlen uit het verleden. Komt door de combinatie van enerzijds verschillende stijlelementen en anderzijds nieuwe technieken en materialen tot een unieke eigentijdse creatie. stijl, n.o.v. architect J. Mertens, 1917.

Lichtgekleurde bakstenen gevel met hardstenen elementen. Opstand van vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) en drie bouwlagen onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. Eerste bouwlaag behandeld als hoog souterrainHoge kelder of half verzonken verdieping., met bossageIn oorsprong een gevelbehandeling waarbij ruwgehakte, rechthoekige blokken natuursteen uit de loodlijn steken en de gevel op die manier een fors, rustiek (rustica) karakter verleent; later op gevel vormelijk geïmiteerd door middel van uitspringend al dan niet bepleisterde bakstenen blokken of banden (doorlopende schijnvoegen). en, op de eerste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), inrijpoort met schamppalen. Op de tweede traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), toegangsdeur onder entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles. en vensterLicht- en/of luchtopening in een muur.. Muuropeningen op de benedenverdieping onder hanenkamVlakke samengestelde latei, waarvan de stenen als boogstenen functioneren; in ruime zin slaat de term ook op een boog met een getrapte (pseudo-) boogrug., op de verdieping steekboogvormig en onder doorlopende  archivoltGeprofileerde of versierde omlijsting van een boog., allemaal met guirlandesleutel. Doorlopend centraal balkon op drie consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. en een balustradeHekwerk van spijlen of balusters. tussen postamenten1. Rechthoekig voetstuk van een standbeeld; - 2. Balkvormige stenen bekroning; - 3. Stenen zijstukken van een balkonborstwering.. Op het hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel., stenen friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). met gecanneleerdeParallelle, gootvormige decoratieve groeven op een zuil of pilaster. spiegels1. Dunne (houten) plaat, gevat in een omlijsting van stijlen en regels van deuren, lambriseringen en plafonds; - 2. Gevelversiering in de vorm van een in- (spiegel) of uitspringende (paneel) rechthoekige omlijsting.. Kroonlijst waarvan de klossenKraagstuk van een kroonlijst met verfijnd uitgesneden en/of gefreesd hangend element of drop. zijn verdwenen. Achter een laag attiekmuurtje, onderschild met twee boogvormige stenen dakvenstersUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is. met vleugelstukkenZijstuk, veelal in voluutvorm, van een topgevel, dakkapel of dakvenster. en twee gewijzigde oeils-de-boeufKleine ronde, ovale of achthoekige dakkapel; meestal in zink.. Oorspronkelijke beglaasde smeedijzerenTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… deur, versierd met glas-in-lood, en inrijpoort in Beaux-ArtsstijlArchitectuurstroming (ca. 1905-1930) met reminiscenties aan de grote Franse architectuurstijlen uit de 18e eeuw. Rijk en zorgvuldig gedecoreerde gevels in natuursteen en/of simili of in combinatie met baksteen. Borstweringen en poorten in fraai uitgewerkt smeedwerk.. Raamwerk vervangen, met hergebruik van de glas-in-loodramen op de benedenverdieping.
Bakstenen achtergevel met witte bakstenen en hardsteen. Dakterras met gemetslede borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met boogfriesReeks van kleine (decoratieve) bogen, vaak steunend op kraagstenen..

Bronnen

Archieven
SAB/OW Laken PV Reg.
 168 (30.08.1917).