Typologie(ën)

woning
herenhuis
werkplaats (ambachtelijk)

Ontwerper(s)

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Neoclassicisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016, 2019

id

Urban : 36422
lees meer

Beschrijving

Voormalig complex van ateliers met woningen aan straatzijde: links, groot neoclassicistischArchitectuurstroming (vanaf eind 18e eeuw tot ca. 1914) met voorliefde voor orde en symmetrie, gekenmerkt door bepleisterde en wit beschilderde lijstgevels die het stadsbeeld uniformiseren. Verhoudingen en vormentaal van deze stroming evolueren met de tijd. herenhuis ontworpen in 1859 en voltooid rond 1864, rechts, huis van vóór 1881, verhoogd in 1885. De ateliers, waarvan de meeste eind jaren 1870 tot de jaren 1900 werden gebouwd, waren bereikbaar via een inrijpoort en zijn thans allemaal ingrijpend verbouwd. In de loop der jaren huisvestten ze tegelijkertijd verschillende bedrijven.

Op nr. 40-40a, oud herenhuis ontworpen in 1859 voor een zekere V. E. Coffin, gespecialiseerd in machinebouw. Gebouw van drie bouwlagen onder schilddakDak met twee driehoekige dakvlakken aan de smalle zijde en twee trapeziumvormige aan de lange zijde.. Vijf gelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) aan straatzijde, drie op de verdiepingen van de zijgevel, de eerste twee blindZonder opening; blind venster, schijnopening.. Benedenverdieping volledig verbouwd in 1986. GietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. leuningen op de verdiepingen. Oorspronkelijke kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. Schrijnwerk vervangen.
De laterale portiek1. Open galerij of zuilengang waarvan het dak op zuilen of arcades rust; - 2. Classicistische ruimte vóór een toegangsdeur die terugspringt of niet gelijk is met de voorgevel; - 3. Samenstel van twee zuilen onder architraaf die overgang tussen twee ruimtes accentueert., met stenen pijlers1. Muurstut zonder entasis (kromming), mogelijk met basis en kapiteel; - 2. Massief gemetseld of betonnen steunelement met gewoonlijk rechthoekige doorsnede (vb. bruggepijler,…) en smeedijzerenTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… traliewerk, is verwijderd.

Op nr. 42-44, huis met rechthoekige plattegrond evenwijdig aan de straat, met drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) en twee-en-een-halve bouwlaag onder schilddakDak met twee driehoekige dakvlakken aan de smalle zijde en twee trapeziumvormige aan de lange zijde. links, de anderhalve bouwlaag toegevoegd in 1885. TrappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. in een voorbouw op de achtergevel. Gevel op latere datum opnieuw bekleed met cementwerk met imitatievoegen. In 1893 werd een vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. op de laatste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) vervangen door een deur en een vensterLicht- en/of luchtopening in een muur.. Muuropeningen gewijzigd op de zijgevel.
Rechts, op nr. 46, atelier ontworpen in 1885, tegelijkertijd met de verhoging, thans volledig verbouwd.

Bronnen

Archieven
GAA/DS 50 (19.11.1859), 320 (23.07.1864), 2518 (17.05.1882), 3281 (07.10.1885), 3285 (07.10.1885), 5387 (08.03.1893), 46171 (06.05.1986).

Tijdschriften
Almanachs du Commerce et de l’Industrie, “Otlet (rue)”, 1862, 1865.

Kaarten / plannen
CULOT, M. [red.], Anderlecht 1. In
ventaire visuel de l’architecture industrielle à Bruxelles, AAM, Brussel, 1980, fiche 74.