Onderzoek en redactie
Bekijk de weerhouden gebouwen
De Ropsy Chaudronstraat ligt in het verlengde van de
Clemenceaulaan en verbindt de Bergensesteenweg met de Nijverheidskaai. Ze sluit
dan aan op de Léon Delacroixstraat via een brug over het Kanaal van Charleroi. De
Heyvaertstraat mondt er aan onpare zijde op uit, terwijl de Jules Ruhlstraat er
aan pare zijde begint.
De verlenging van de Clemenceaulaan – toen nog de Duitslandstraat –
voorbij de Bergensesteenweg was al in 1866 opgenomen in het Plan d’ensemble
pour l’extension et l’embellissement de l’Agglomération bruxelloise dat wegeninspecteur Victor Besme had opgesteld. Ten westen van de
verlengde straat plande hij de bouw van een overslagstation langs het Kanaal,
vergezeld van nieuwe straten in dambordpatroon. In 1877 plande architect Jean
Rosschaert op diezelfde plaats een bassin voor openbare baden omringd door een
nieuwe wijk, waarvan de verlengde
Duitslandstraat een van de assen zou vormen. Het plan werd echter opgegeven ten gunste van de
vestiging van een slachthuizencomplex in deze zone. In 1887 gunde de
gemeenteraad van Anderlecht aan de toekomstige SA des Abattoirs et Marchés
Publics d’Anderlecht-Cureghem een terrein voor de vestiging van het complex
in ruil voor verlenging van twee straten, die bij K.B. van 22.05.1888 werd
bekrachtigd: de Duitslandstraat en de Heyvaertstraat, toen nog beperkt
tot de Liverpoolstraat.
In september van dat jaar werd aan het begin van de verlengde Duitslandstraat de Lagere Gemeenteschool nr. 3
voor jongens gevestigd (zie nr.7). De loop van de Kleine Zenne, waarlangs
de school lag, werd toen lichtjes in noordwestelijke richting verlegd, en de
rivier werd overspannen door een brug die in 1889 werd ontworpen voor rekening
van de Société des Abattoirs, een kunstwerk dat na de drooglegging van
de waterloop na de Tweede Wereldoorlog werd afgebroken. Het
slachthuizencomplex, dat het grootste deel van het huizenblok aan pare zijde
innam (zie nr. 24), werd in 1890 ingehuldigd. Net na de Eerste Wereldoorlog, op
16.11.1918, werd de straat vernoemd naar Ropsy Chaudron, een ingenieur die in
1892 werd aangesteld als afgevaardigd beheerder van de Société des Abattoirs.
De in 1930 aangelegde brug over het Kanaal werd in mei 1940 door de
Geallieerden opgeblazen. Ze werd in art-decostijl herbouwd en in december 1943 ingehuldigd
(zie notitie).
De eerste woningen in de straat, in neoclassicistische stijl, werden begin
jaren 1890 in de omgeving van de Bergensesteenweg gebouwd. Nadien werd de straat
tot midden jaren 1900 bebouwd met woningen in neoclassicistische of eclectische
stijl. De meeste ervan hadden een commerciële benedenverdieping, vaak aangevuld
met een werkplaats of magazijn achterin. Behalve cabarets, cafés en een
feestzaal hielden de meeste aldaar gevestigde bedrijven verband met het slachthuis.
Vermelden we, op nr. 57 (n.o.v.
architect Verdin (?), 1914), een huis met achtergebouw gebruikt voor de verwerking
van trijp, op nr. 31, een ander huis
ontworpen voor de Association des Charcutiers (n.o.v. architect E.
Dedecker, 1906), met achteraan een U-vormig complex met stallingen, een
magazijn en kantoren. Op nr. 59 werd in 1936 een appartementsgebouw opgetrokken (n.o.v. architect Albert
Boon) vóór een vleeswarenatelier dat een jaar eerder was ontworpen (n.o.v. architect
Henri Scheepers). In de straat bevonden zich ook twee grote koelhuizen die uit de
jaren 1920 stamden: dat van de Anglo-Belgian
Meat Company (zie nr.20), en de Frigorifères Evrard &
Selleslagh (zie nr.25a-25b). Op het terrein palend aan laatstgenoemd
gebouw (nr. 21), langs de Kleine
Zenne, was binnen het huizenblok de Ecole Centrale des Arts et Métiers gebouwd,
die in 1909 werd ontworpen door architect Fr. Van Roelen. Rond 1930 werd ze
ingenomen door de SA Les Patrons Charcutiers, die ze verbouwde. Het
enige overblijvende volume werd grondig verbouwd in 2018, waarbij aan
straatzijde een nieuw gebouw werd opgetrokken. Vermelden we nog dat in 1909 openbare
stortbaden werden gebouwd in de straat, links van School nr. 3 (zie
nr.7b).
Bronnen
Archieven
GAA/DS Registre des rues [Stratenregister].
GAA/DS 21: 12302 (17.09.1909), 24250 (05.02.1932); 31: 11142 (21.12.1906); 57: 14331 (20.10.1914); 59: 27025 (16.04.1935), 28394 (28.07.1936).
SAB/OW 105525 (1889).
Publicaties en studies
CULOT, M. [red.], Anderlecht 1. Inventaire visuel de l’architecture industrielle à Bruxelles, AAM, Brussel, 1980, fiche 81.
HAENEN, J. & J.-C., Anderlecht. Een terugblik op het verleden. Deel 4: Kuregem, Scheut, Het Streekboek, Anderlecht, 2006, pp. 48-50.
VAN AUDENHOVE, J., Les rues d’Anderlecht, Herdenking van de twintigste verjaardag van de oprichting van Anderlechtensia, C.A.F.H.A, 1995, pp. 219-220.
Tijdschriften
Almanach du Commerce et de l’Industrie, “Allemagne prolongée (rue d’)”, 1891.
Almanach du Commerce et de l’Industrie, “Ropsy Chaudron (rue)”, 1920.
Kaarten / plannen
BESME, V., Plan d’ensemble pour l’extension et l’embellissement de l’Agglomération bruxelloise, 1866.
ROSSCHAERT, J., Projet d’un nouveau quartier à Cureghem avec bassin pour bains publics, 01.05.1877.
VAN LINT, Commune de Molenbeek-St-Jean. Plan du prolongement de la rue d’Allemagne entre le Quai de l’Industrie et la rue de Birmingham, 01.03.1896.