Onderzoek en redactie
2013-2015
De Jaargetijdenlaan verbindt de Generaal Jacqueslaan met de Boondaalsesteenweg. De Emile Banningstraat, de Elizastraat en de Maximilienstraat beginnen er; de Lentestraat en de herfststraat eindigen er.
De Jaargetijdenlaan was het resultaat van de verlenging en de verbreding van de oude Zwanenstraat voorbij de Generaal Jacqueslaan, krachtens het K.B. van 14.09.1890. Deze straat, die niet meer bestaat, begon aan de Brouwerijstraat. Ze verloor haar eerste deel in het kader van de heraanleg van de Zwanenwijk, terwijl de volgende delen, werden rechtgetrokken, verbreed en omgedoopt tot de Emile de Becolaan (1906) en de Jean Paquotstraat (1945).
De bebouwing van de Jaargetijdenlaan verliep gespreid van de jaren 1890 tot de jaren 2000 en is heel heterogeen. Kleine arbeidershuizen staan er naast grote opbrengstpanden, middenklassehuizen – zelfs burgerhuizen – naast kleine bedrijven binnenin het huizenblok en recente gebouwen.
Tussen 1892 en 1900 werden een aantal huizen (onder meer nr.54, 56 en 58 in 1892 en nr.28 en 30 in 1893) gebouwd met de steun van het Comité van Aanbeveling van Etterbeek, Elsene, Sint-Joost-ten-Node en Schaarbeek. De comités van aanbeveling waren in het leven geroepen in het kader van de wet van 1889 op de arbeidershuisvesting, die tot doel had de tekortkomingen van de gemeenten op dit gebied goed te maken. Zo leverden de comités van aanbeveling een “arbeiderscertificaat” af aan kandidaat-kopers, die daarmee een goedkope lening konden afsluiten bij de Algemene Spaar- en Lijfrentekas. Dit certificaat diende tevens als waarborg bij de gemeente en verleende de eigenaar een belastingvrijstelling.
In dezelfde periode werden ook meer gegoede woningen gebouwd, zoals het huis in eclectische stijl n.o.v. architect Desteinbachberick (nr.48, 1892) en nr. 93 (1898), in Artnouveaustijl, waarvan de tweede verdieping begin jaren 1920 volledig werd gewijzigd.
Tussen 1900 en 1915 werden vooral rond de kruispunten opbrengstpanden met commerciële benedenverdieping gebouwd (onder meer nr.74, 76-78-80 en 82, n.o.v. architect Joseph Hallaux, 1912).
Net als andere huizenblokken in de Jaargetijdenwijk vestigden zich vanaf 1900 kleine bedrijven (opslagplaatsen voor bouwmaterialen, kleine schrijnwerkateliers) binnenin de percelen tussen de Jaargetijdenlaan en de Zomerstraat; deze gebouwen werden herhaaldelijk verbouwd en worden thans door winkels of woningen ingenomen. Op de onbebouwde percelen die voorheen voor deze ateliers en hangars lagen, verrezen appartementsgebouwen in de loop van de jaren 2000.
Bronnen
Archieven
GAE/OW Historique des rues (1925).
GAE/OW 269.
GAE/DS 54, 56 en 58: 269-58; 28 en 30: 269-28; 48: 269-48; 93: 269-93; 74, 76-78-80, 82: 269-74 tot 80.
Publicaties en studies
HAINAUT, M., BOVY, Ph., Le quartier de la Petite Suisse, Gemeente Elsene, Brussel, 1998 (À la découverte de l'histoire d'Ixelles, 2).
Ixelles, Ensembles urbanistiques et architecturaux remarquables, ERU, Brussel, 1990, pp.121-123.