Onderzoek en redactie
Bekijk de weerhouden gebouwenDe Gallaitstraat is een lange straat die loopt van het Liedtsplein, ter hoogte van de de Lochtstraat, tot het Paviljoenplein. Aan pare zijde beginnen er de Vandermeerschstraat en de Rubensstraat, terwijl de Renkinstraat, Florisstraat en Quinauxstraat erop uitmonden. Aan onpare zijde begint enkel de de Moerkerkestraat er.
De straat volgt gedeeltelijk de wegbaan van de Groenstraat, die zich oorspronkelijk van de tweede Brusselse stadsomwalling tot het gehucht Helmet uitstrekte. Hoewel de Groenstraat haar naam en een onregelmatig tracé tussen de Sint-Lazaruslaan en het Liedtsplein heeft bewaard, werd haar tweede helft in de jaren 1860 en 1870 ingenomen door de Gallaitstraat en de Navezstraat.
Het tracé van de Gallaitstraat, bedoeld als verlenging van de Brabantstraat, was al uitgetekend op een plan van 30.10.1852 van de hand van meetkundig schatter Jacques Rayé. Het eerste derde van de straat werd aangelegd bij K.B. van 25.08.1866. De werken voor de verlenging van de weg tot aan het Paviljoenplein, die aanzienlijke vertraging opliepen door de weigering van verscheidene grondbezitters om een overeenkomst met de gemeente af te sluiten, werden uitgevoerd bij K.B. van 20.10.1874. Op die datum werd de verlenging van de Gallaitstraat opgenomen in een groter project dat bestond uit de aanleg van de François-Joseph Navezstraat, de aanleg, aan het einde daarvan, van de Monplaisirlaan langs het station, en de aanleg van een openbaar plein vóór het station. Tot begin jaren 1880 bleef, onder het laatste deel van de Gallaitstraat aan onpare zijde, een deel van de oude Groenstraat bestaan; het werd vervangen door Gemeentelijke School nr. 2 (zie nr. 131) bij K.B. van 01.07.1881.
De naam van de straat is een eerbetoon aan Louis Joseph Gallait (Doornik, 1810 – Schaarbeek, 1887), een kunstschilder in klassieke en romantische stijl gespecialiseerd in historiestukken. Hij woonde op de hoek van de Paleizenstraat en de Groenstraat in een eigendom dat ca. 1895 werd gesloopt toen het Liedtsplein werd vergroot.
Vanaf 1866 en tot de wisseling van de 19e en de 20e eeuw kende de residentiële en commerciële Gallaitstraat verscheidene bouwfases. Vermelden we twee bijzonder homogene huizenrijen: van nr. 45 tot 63 en 70 tot 84 (zie deze nummers). De gebouwen zijn overwegend in neoclassicistische stijl of met neoclassicistische inslag, zoals nr. 17-19 (tussen 1866 en 1876), 33 (tussen 1866 en 1876), 93 (jaren 1890), 130 tot 136 (jaren 1880), 147 (1888), 162-164 (1884), alsook 166 en 168 (1894). In de straat bevinden zich ook enkele gebouwen in eclectische stijl, zoals de huizenrij gevormd door nr. 170 tot 176 (zie deze nummers), 178 (ca. 1905), 182 (zie dit nummer) en 184-186 (n.o.v. architecten A. Aulbur en E. Dereck, 1908); deze twee laatste huizen werden gebouwd i.o.v. eenzelfde eigenaar. Veel van de talrijke commerciële benedenverdiepingen werden in de loop der jaren gewijzigd. Binnen het geheel gevormd door nr. 22 tot 32 (n.o.v. architect Jean Baes, 1886-1887) valt de benedenverdieping op van nr. 28, verbouwd in art-decostijl in 1933 voor een hoedenwinkel (n.o.v. architect Henri Leemans).
Aan pare zijde van de straat werden talrijke werkplaatsen en bedrijven binnen het huizenblok gevestigd, sommige met toegang langs de Vanderlindenstraat. Dat geldt voor het oude farmaceutische bedrijf Albert Couvreur, dat zich in de jaren 1920 op nr. 78 vestigde (zie dit nummer). Tot in de jaren 1940 bouwde en vergrootte het bedrijf zijn kantoren en opslagplaatsen binnen het huizenblok. In de jaren 1950 verwierf het ook nr. 80 en 82 (zie deze nummers), evenals nr. 46 en 58 Vanderlindenstraat. Begin jaren 1980 werd het geheel gekocht door het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap. Het vestigde er cultureel centrum De Kriekelaar, dat thans, samen met vier andere verenigingen, nr. 76 tot 84 (zie deze nummers) en 86 (1886) inneemt, met een toegang via nr. 46 Vanderlindenstraat. Vermelden we dat aan deze zijde van de straat, direct na de De Moerkerkestraat, ooit het Institut Médical Windelincx was gelegen. Dit herstellingsoord, dat in 1883 werd opgericht, sloot zijn deuren aan het begin van de 20e eeuw. In ditzelfde straatdeel bevond zich een huis dat ca. 1906 door architect Maurice Dechamps werd ontworpen, thans gesloopt.
Bronnen
Archieven
GAS/DS 22 tot 32: 108-22, 108-24; 76 tot 86: 108-76-86, 108-78-80, 108-80, 108-86; voormalige firma Windelincx: 108-128; 147: 108-147; 162-164: 108-162-164; 166, 168: 108-166-168; 184-186: 108-184-186.
GAS/OW 108.
GAS/OW Infrastructuur 1, 22.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, 1870, pp. 15-32; 1881, pp. 84-86.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, Rapport sur la situation et l'administration des affaires de la commune pendant l'exercice 1866, p. 44.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, Rapport sur la situation et l'administration des affaires de la commune pendant l'exercice 1867, pp. 264-265.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, Rapport sur la situation et l'administration des affaires de la commune pendant l'exercice 1868, pp. 74-76.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, Rapport sur la situation et l'administration des affaires de la commune pendant l'exercice 1871, pp. 45-46.
Publicaties en studies
CULOT, M. [ed.], Schaerbeek. Inventaire visuel de l'architecture industrielle à Bruxelles, AAM, Brussel, 1980-1982, fiche 150.
DEKOSTER, J.-A., Les rues de Schaerbeek, Brussel, 1981, p. 51.
DE SAEGHER, E., BARTHOLEYNS, E., Histoire populaire de Schaarbeek, Henri Mommens drukker-uitgever, Schaarbeek, 1887, pp. 141-142.
Tijdschriften
“Maison, rue Gallait, à Bruxelles”, Vers l'Art, 1906, pl. 9.
Kaarten / plannen
POPP, P. C., Atlas du Royaume de Belgique, plan parcellaire de la commune de Schaerbeek, ca. 1858.
Plan de la commune de Schaerbeek 1876, Nationaal Geografisch Instituut.
Bruxelles et ses environs, Militair Cartografisch Instituut, 1881.
Bruxelles et ses environs, Militair Cartografisch Instituut, 1893.