Onderzoek en redactie

2010-2012

 

Bekijk de weerhouden gebouwen

De Frédéric Pelletierstraat verbindt de Linthoutstraat met de Vergotesquare.

De laan ligt in de Linthoutwijk, waarvan het stratenplan in 1903-1904 werd getekend door Octave Houssa, ingenieur van de gemeentelijke openbare werken, goedgekeurd bij K.B. van 24.06.1904, en definitief goedgekeurd bij K.B. van 21.04.1906, samen met drie andere nieuwe Schaarbeekse wijken – Monrose, Josaphatdal en Monplaisir-Helmet.

De straat doorkruiste het eigendom van Amélie Stahl, weduwe Pelletier; de aankoop van het terrein werd goedgekeurd tijdens de gemeenteraadszitting van 20.04.1906. De benaming van de straat werd tijdens diezelfde zitting vastgelegd: ze is een eerbetoon aan de industrieel Frédéric (of Frédérick) Pelletier (Chassors, 1845 – Sint-Joost-ten-Node, 1884), echtgenoot van Amélie Stahl.

Frédéric Pelletierstraat, pare zijde vanuit de Linthoutstraat (foto 2011).

Het uitzicht van de straat wordt grotendeels bepaald door de voormalige fabriek van Frédérick Pelletier (zie nr. 8a-8b), gespecialiseerd in de fabricage van hoogwaardig schrijfpapier. De Papeteries Pelletier werd in1897 gebouwd en geleidelijk uitgebreid; de hoofdingang bevond zich op nr. 63-65 Linthoutstraat. De weg die er zijdelings naartoe liep, vormde de bedding van de toekomstige straat. Zodra het tracé daarvan was bepaald, werd ze grotendeels verkaveld door weduwe Pelletier, directeur van de fabriek, die een grootschalige vastgoedoperatie opzette met de bouw van een dertigtal huizen. Tussen 1909 en 1914 werden de plannen toevertrouwd aan architect Jean Pirart. Hij ontwierp ook een rij van twaalf huizen, die hij signeerde op de onderbouw, van nr. 10 tot nr. 32 (1909), en naar analogie hiermee nr. 40 tot 50 (ca. 1910), 45 tot 53 (1911) en 71 tot 77 (zie al deze nummers). Daarnaast ontwierp Pirart, nog steeds i.o.v. weduwe Pelletier, het geheel van zes opbrengsthuizen met handelspand op de benedenverdieping op de hoek met de Linthoutstraat (zie Pelletierstraat nr. 2 tot 8 en Linthoutstraat nr. 69, 71 en 71b). Deze huizenrijen, nu eens in eclectische stijl dan weer in Beaux-Artsstijl, verlenen de straat een fraaie eenheid. De architect werkte er eveneens voor enkele andere opdrachtgevers.

Na de Eerste Wereldoorlog hervatte de verstedelijking van de straat in de jaren 1920, met art-decohuizen, waaronder het opmerkelijke nr. 99 n.o.v. architect Ed. Van Steenbergen (zie dit nummer). Tot slot werden tijdens een derde verstedelijkingsfase, die zich vooral begin jaren 1950 concentreerde, de nog braakliggende terreinen bebouwd met huizen van het bel-etagetype of, zeldzamer, kleine appartementsgebouwen.

Bronnen

Archieven
GAS/OW Dénomination des rues I.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, 1913, pp. 826-827.
Huis der Kunsten van Schaarbeek/lokaal fonds.

Publicaties en studies
CULOT, M. [red.], Schaerbeek. Inventaire visuel de l'architecture industrielle à Bruxelles, AAM, Brussel, 1980-1982, fiche 57.