Onderzoek en redactie
1989-1994
Bekijk de weerhouden gebouwenVan Maurice Lemonnierlaan naar Zuidlaan.
Deel uitmakend van een geheel van straten, in 1861-1866 aangelegd ten zuiden en ten oosten van de Anderlechtsesteenweg (zie Artesiëstraat). De Voldersstraat vormde de westoostelijk georiënteerde hoofdas van de verkaveling, zogenaamd Otlet-Dupont, gerealiseerd ca. 1861- 1864, die voorts de noordzuidelijke dwarsassen Artesiëstraat en Bodegemstraat omvatte. Hoewel bedoeld als verbinding tussen de Anderlechtsepoort en de nog aan te leggen Stalingradlaan, reikte zij aanvankelijk slechts tot de Kazernestraat. Na de aanleg van de centrale lanen (1867-1871) werd in 1872-1874 in het verlengde van Voldersstraat enerzijds en Spiegelstraat anderzijds een nieuwe straat, de Rogier van der Weydenstraat, aangelegd, in het midden gekruist door de Stalingradlaan.
Bebouwd vanaf 1861 tot midden jaren 1870. Homogene en vrij goed bewaarde rijbebouwing van enkel- en winkelhuizen, onder meer gekoppeld, aansluitend bij al of niet afgeschuinde hoekpanden, waarin twee bouwfasen te onderscheiden zijn.
De neoclassicistische basisbebouwing voornamelijk uit de jaren 1860 tot ca. 1870 wordt gekenmerkt door vrij uniforme bepleisterde en beschilderde gevelopstanden met drie tot vier bouwlagen en gemiddeld drie traveeën onder zadeldak. Getoogde bovenvensters in geriemde omlijsting op cdordonvormende lekdrempels, klassiek hoofdgestel en soms een centraal balkon met voluutconsoles en ijzeren hek. Cf. nr. 18 (1870), 20 (1871), 21 (1862), 23 (1871), 30, 32 (1863), 34 (1865), 39, 41 en 43 (1863), 47, 47A-49, 56-60 (1875), 78-80, 92-96 (1870) en 98 (1865). Dito hoekcomplexen, veelal samengesteld uit gekoppelde woningen met winkel in het hoekpand, cf. nr. 19A (1862), 50 (1862), 52 (1863), 59 (1873, architect F. Abeels), 61-61A (1872), 100 (1864). Een reeks naar volume gelijkaardige rijhuizen van ca. 1875 vertoont een rijker uitgewerkt stucdecor met neoclassicistische inslag, onder meer schijnvoegen, risalieten, sluitstenen, panelen, spiegels en guirlandes, en een overvloediger gebruik van balkons onder meer gevelbreed, vergelijkbaar met de architectuur van de centrale lanen. Cf. nr. 4 (1875, architect J.A. Pilate) 25, 36-38 (1875, verhoogd in 1911), 40 (1874), 51-53 (1874), 57, 62-64 (1876), 63, 66-68 (1874), 72 (1874), 74, 76-76A (1874). Enkele rijkere burgerhuizen gekenmerkt door het gebruik van hardsteen, uit beide bebouwingsfasen aan het einde van de straat (zie nr. 65 tot 73). Een aantal panden wordt ontsierd door een vernieuwde gevelbekleding of een verbouwde pui. Enkele bewaarde «klassieke» houten winkelpuien of -ramen uit de derde kwart van de 19e eeuw in nr. 23, 60, 61-61A, 78-80 en 98.
Bronnen
Archieven
SAB/OW 11481 (1870), 11477 (1871), 6819 (1862), 11475 (1871), 11486 (1863), 11490 (1865), 7864 (1863), 11455 (1875), 11482 (1870), 16612 (1865), 6819 (1862), 7857 (1862), 7865 (1863), 11462 (1873), 11467 (1872), 16610 (1864), 25209 (1875), 11452 (1875), 5690 (1911), 11456 (1874), 11461 (1874), 11449 (1876), 11454 (1874), 11459 (1874), 11458 (1874).