Typologie(ën)
Ontwerper(s)
Charles VAN NUETEN – architect – 1957
Juridisch statuut
Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024
Stijlen
Inventaris(sen)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek Het ontwerp van een onroerend goed (gebouw) door een gerenommeerde kunstenaar (architect) kan maar zeer zelden als criterium worden beschouwd. Om het belang van de selectie van dit onroerend goed te beoordelen, en de plaats dat het inneemt in het oeuvre van een kunstenaar (architect), is dit een criterium dat moet worden afgewogen met de architectonische kwaliteit (compositie en interne structuur), de uitvoering (materialen, technische beheersing), de plaats in de architectuurgeschiedenis dewelke een getuigenis zijn van een fase of aspect van landschapsarchitectuur of de bouwkunst in het verleden. Zodoende gelden koppelingen naar volgende criteria: zeldzaamheid (typologie, stijl, materiaalgebruik, bronnen), representativiteit (idem), authenticiteit (idem + de kwaliteit van de uitvoering) en integriteit (bewaringstoestand, oorspronkelijke elementen)). Een goed bevat ook artistieke waarde als het kunstwerken omvat (beeldhouwwerken, reliëfs ontworpen voor het goed, enz.) of decoratieve elementen uit de oorspronkelijke bouwperiode of met bijzondere kwaliteit (gesigneerd glasramen, sgraffito, lichtbeuk, enz.).
- Esthetisch Historisch gezien werd die waarde aangewend om waardevolle groene ruimten en natuurlijke of halfnatuurlijke gebieden aan te duiden. De waarde kan ook gelden voor grote gehelen van gebouwen in een stedelijk gebied, met of zonder natuurlijke elementen, of monumenten die het stadslandschap markeren. Een afweging met andere waarden dringt zich tevens op: de artistieke, de landschappelijke (integratie van het werk in het stedelijk landschap, oriëntatiepunten in de stad) en de stedenbouwkundige waarde (spontane of rationele stedelijke gehelen). De volgende selectiecriteria worden er eveneens aan gekoppeld: de ensemblewaarde en de contextuele waarde.
- Historisch Het onroerend goed heeft een historische waarde : - als het getuigt van een bijzondere periode in de geschiedenis van de streek of de gemeente; - of als getuigenis van een periode en/of een zeldzame ontwikkeling van een periode (bv. tuinstad die representatief is voor een bouwwijze die werd toegepast in het kader van de grote bouwcampagnes na de Tweede Wereldoorlog; dorpskernen die de eerste gegroepeerde bouwwerken van de gemeenten van de tweede ring illustreren; de Hallepoort als overblijfsel van de tweede omwalling; - of als getuigenis van een bepaalde stedelijke (en/of landschappelijke) ontwikkeling van de stad (bv. gebouwen aan de centrale lanen of in de Leopoldswijk); - of wanneer het een band vertoont met een belangrijke historische figuur – met inbegrip van persoonlijke huizen van architecten en kunstenaarsateliers (bv. het geboortehuis van Constantin Meunier, het huis van Magritte); - of in verband kan worden gebracht met een belangrijke historische gebeurtenis (bv. huizen van de wederopbouw na het bombardement van 1695, de Congreskolom); - of een typologische representativiteit vertoont die kenmerkend is voor een commerciële of culturele beroepsactiviteit (bv. kerken, bioscopen, industriële architectuur, apotheken); - of als het representatief is van het oeuvre van een belangrijke architect in de architectuurgeschiedenis op internationaal, nationaal, regionaal of lokaal niveau (dit betreft zowel befaamde architecten als V. Horta, V. Bourgeois, M. Polak als secundaire architecten, die lokaal verbonden worden aan een gemeente zoals Fernand Lefever in Koekelberg of Emile Hoebeke in Sint-Agatha-Berchem).
- Stedenbouwkundig Sommige bouwkundige goederen of landschappen hebben in het verleden een prominente rol gespeeld in de planmatige inrichting van de bebouwde ruimte en de stedelijke ruimte. Meestal bepalen zij andere stedenbouwkundige (plan)vormen zodat er zich een wisselwerking voortdoet tussen bebouwde en niet-bebouwde (of open) ruimte. Die inrichting omvat ook de samenhang tussen verschillende schaalniveaus. Een onroerend goed heeft stedenbouwkundige waarde wanneer het daarin een rol speelt, bijvoorbeeld : - hoekgebouwen; - coherente pleinen of homogene huizenrijen (gevels die een ensemble vormen van dezelfde stijl, periode en volume); - tuinwijken, - deskundig ingeplante torens (hoogbouw) en hun relatie tot hun onmiddellijke kwaliteitsvolle omgeving die coherent kan zijn, maar ook contrastrijk, - relicten van stedenbouwkundige concepten en hoe die architecturaal (en typologisch) zijn of werden ingevuld, zoals bijvoorbeeld de nog bewaarde eclectische stadspaleizen en/of herenhuizen in de Leopoldswijk.
Onderzoek en redactie
id
Beschrijving
Villa in naoorlogs modernistischeInternationale stijl (vanaf ca. 1920) waarbij het functionele primeert op de vorm. Wordt gekenmerkt door een rationeel grondplan, eenvoudige geometrische vormen, platte daken en het gebruik van moderne materialen zoals gewapend beton. stijl naar ontwerp van architect Charles Van Nueten, 1957.
Functioneel en sober gebouw met twee bouwlagen en opeenvolgende, verspringende volumes: hoofdgebouw waarvan voorste deel licht teruggetrokken en onder lager zadeldakDak met twee hellende dakvlakken., concave voorbouw waarin traphal onder plat dak. Gevels in witgeschilderde baksteen met onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. en bepaalde delen van de gelijkvloerse verdieping, waaronder deze langs de hoofdingang in de rechterzijgevel, in breukstenenMetselwerk bestaande uit brokken onregelmatige natuursteen.. Buitentrap naar de villa en muurtje dat het perceel begrensd van de straat, in dito breukstenenMetselwerk bestaande uit brokken onregelmatige natuursteen. materiaal.
Rechthoekige muuropeningen met verschillende afmetingen, veelal horizontaal en met schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... waarin asymmetrische onderverdelingen. Oorspronkelijk vensterschrijnwerk deels behouden (waaronder de garagepoort). Traphal rijkelijk verlicht door verticale glaspartijen in de zijmuren en kleine glastegels in Groisil, bestaande uit een mozaïek van gekleurd glas-in-lood, in de voorgevel. Sterk uitkragende en sobere kroonlijstenStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement)..
Waardestelling
Artistieke waarde
De
villa is representatiefDe representativiteit verwijst naar het feit dat het onroerend goed een of meer significante kenmerken
heeft in vergelijking met andere onroerende goederen in dezelfde categorie (bijvoorbeeld een
typologie): het moet een “goed voorbeeld” zijn dat tal van betekenisvolle kenmerken in zich verenigt.
De representativiteit van een goed wordt geëvalueerd in functie van zijn geografische context (lokaal,
regionaal, nationaal), zijn chronologische context (is betekenisvol in de sociale, religieuze, politieke,
industriële of wetenschappelijke geschiedenis, in de esthetiek), zijn historische architecturale context
(bijvoorbeeld, het vertaalt op significante wijze een kenmerk van een desbetreffend tijdperk.
Net als voor het bepalen van de zeldzaamheid, is het voor de representativiteit noodzakelijk het goed
te vergelijken met andere goederen die tot dezelfde categorie behoren. Een onroerend goed kan
representatief zijn voor een bepaalde stijl, typologie, stedenbouwkundig concept of het oeuvre van de
ontwerper, enz. voor de naoorlogs modernistischeInternationale stijl (vanaf ca. 1920) waarbij het functionele primeert op de vorm. Wordt gekenmerkt door een rationeel grondplan, eenvoudige geometrische vormen, platte daken en het gebruik van moderne materialen zoals gewapend beton. stijl en heeft zijn
authenticiteitDe authenticiteit van een goed wordt beoordeeld op basis van de overeenstemming van de huidige
staat met de oorspronkelijke staat. Een goed is authentiek als het plan, de vorm, het concept, de
functie, de technieken, de materialen, de decoratie van de interne elementen overeenstemmen met
een betekenisvolle, beduidende of kenmerkende staat. Het kan zijn dat een goed een natuurlijke
aftakeling heeft ondergaan of een transformatie (bijvoorbeeld vervanging van het schrijnwerk – ramen
in het bijzonder, vervanging van winkelpuien) en toch conform blijft aan zijn oorspronkelijke staat (zgn.
bewaarde structurele continuïteit). Een goed is authentiek als het oorspronkelijke concept en de functie
nog steeds leesbaar zijn (bijvoorbeeld een industrieel complex dat herbestemd is). De transformatie
kan dan als een element van zijn geschiedenis worden beschouwd. We moeten bijgevolg de eventuele
integratie van waardevolle elementen in de loop van de geschiedenis van het gebouw evalueren. behouden. De voor- en rechterzijgevels vallen op door hun
originaliteit en spel van opeenvolgende volumes. De verschillende volumes en
hoogtes, worden benadrukt door de sterk uitkragende, repetitieve, kroonlijstenStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement)..
De villa in de Duizend Meterlaan is representatiefDe representativiteit verwijst naar het feit dat het onroerend goed een of meer significante kenmerken
heeft in vergelijking met andere onroerende goederen in dezelfde categorie (bijvoorbeeld een
typologie): het moet een “goed voorbeeld” zijn dat tal van betekenisvolle kenmerken in zich verenigt.
De representativiteit van een goed wordt geëvalueerd in functie van zijn geografische context (lokaal,
regionaal, nationaal), zijn chronologische context (is betekenisvol in de sociale, religieuze, politieke,
industriële of wetenschappelijke geschiedenis, in de esthetiek), zijn historische architecturale context
(bijvoorbeeld, het vertaalt op significante wijze een kenmerk van een desbetreffend tijdperk.
Net als voor het bepalen van de zeldzaamheid, is het voor de representativiteit noodzakelijk het goed
te vergelijken met andere goederen die tot dezelfde categorie behoren. Een onroerend goed kan
representatief zijn voor een bepaalde stijl, typologie, stedenbouwkundig concept of het oeuvre van de
ontwerper, enz. voor het late oeuvre van de
architect Charles Van Nueten. Met zijn verspringende volumes, concave voorbouw,
muuropeningen in verschillende afmetingen en sobere afwerkingen past het in het
naoorlogs modernismeInternationale stijl (vanaf ca. 1920) waarbij het functionele primeert op de vorm. Wordt gekenmerkt door een rationeel grondplan, eenvoudige geometrische vormen, platte daken en het gebruik van moderne materialen zoals gewapend beton..
Charles Van Nueten (1899, Brussel – 1989, Brussel) studeerde aan de Academie
van Brussel en onderwees vanaf 1936 aan de architectuurafdeling van La Cambre.
Hij was lid van het CIAM (congrès internationaux d’architecture moderne) en werd
geprezen in diverse internationale tentoonstellingen. Zijn oeuvre is bijzonder
rijk en gevarieerd (eengezinswoningen, appartementsgebouwen, openbare gebouwen,
kantoorgebouwen, …) en situeert zich in Brussel, Vlaanderen en Congo tussen 1923
tot 1975. Ook was hij actief op de Wereldtentoonstellingen van 1935 en 1958. In
het begin van zijn carrière inspireerde hij zich vooral op de Bauhaus
architectuur, terwijl hij in zijn latere carrière veelal gebouwen ontwierp in een
meer gematigde naoorlogs modernistischeInternationale stijl (vanaf ca. 1920) waarbij het functionele primeert op de vorm. Wordt gekenmerkt door een rationeel grondplan, eenvoudige geometrische vormen, platte daken en het gebruik van moderne materialen zoals gewapend beton. stijl.
Historische waarde
Het goed in de Duizend Meterlaan 85 is representatiefDe representativiteit verwijst naar het feit dat het onroerend goed een of meer significante kenmerken
heeft in vergelijking met andere onroerende goederen in dezelfde categorie (bijvoorbeeld een
typologie): het moet een “goed voorbeeld” zijn dat tal van betekenisvolle kenmerken in zich verenigt.
De representativiteit van een goed wordt geëvalueerd in functie van zijn geografische context (lokaal,
regionaal, nationaal), zijn chronologische context (is betekenisvol in de sociale, religieuze, politieke,
industriële of wetenschappelijke geschiedenis, in de esthetiek), zijn historische architecturale context
(bijvoorbeeld, het vertaalt op significante wijze een kenmerk van een desbetreffend tijdperk.
Net als voor het bepalen van de zeldzaamheid, is het voor de representativiteit noodzakelijk het goed
te vergelijken met andere goederen die tot dezelfde categorie behoren. Een onroerend goed kan
representatief zijn voor een bepaalde stijl, typologie, stedenbouwkundig concept of het oeuvre van de
ontwerper, enz. voor de eerste villa’s
die werden gebouwd in de wijk van de voormalige hippodroom van Stokkel. De
straten in de nieuwe wijk – die allen verwijzen naar zijn voormalige functie -
werden vanaf 1956 aangelegd en verkaveld. Ze hebben ruime tracés voorzien van
dubbele bomenrijen. De architectuur typeert zich als vrijstaande gebouwen met
rechthoekige volumes onder zadeldakenDak met twee hellende dakvlakken., voorzien van een vooruitbouwstrook afgesloten
door een muurtje of groene haag.
Stedenbouwkundige waarde
De villa’s op het einde van de Duizend Meterlaan werden allen in dezelfde
periode gebouwd (1957-1960). Zelf al ondergingen enkele van deze gebouwen harde
renovatiewerken, toch sluiten ze aan bij eenzelfde typologie en vormen een
harmonieus stedelijk geheel met een groep bijzonder coherente gebouwen
(ensemblewaarde).
Esthetische waarde
Achteruitbouwstrook die de aanleg van een privétuin toelaat en bijdraagt
tot het coherente visuele effect in de straat en zijn natuurlijke omgeving
(contextuele waarde).
Bronnen
Publicaties en studies
CULOT, M., A. VAN LOO, V.G.MARTINY, Musée des Archives d'Architecture Moderne, Collections, AAM éditions, Bruxelles, 1986, pp.364-366 et CULOT, M., HENNAUT, E, LIESENS, L, Catalogue des Collections, Archives d'Architecture Moderne, tome II, AAM Editions, Bruxelles, 1999, pp.304-317
LIESENS, L., "Van Nueten, Charles" in: VAN LOO, A., e.a., 'Repertorium van de architectuur in België van 1830 tot heden', Antwerpen, Mercatorfonds, 2003, p. 580-581.