Ontwerper(s)
INCONNU - ONBEKEND – 1885
Stijlen
Eclectisme
Neoclassicisme
Inventaris(sen)
- Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)
- Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
2016
id
Urban : 31538
Beschrijving
Twee gekoppelde
enkelhuizen volgens spiegelbeeldschema, met neoclassicistische inslag, waarvoor
bouwaanvraag van 1885.
Oorspronkelijk drie bouwlagen en elk drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder zadeldak. Nr. 52 verhoogd tot vier bouwlagen en pseudomansarde door architect J. Van Kriekinge in 1912-1914. BepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. en beschilderde lijstgevel op hardstenen sokkel. Oorspronkelijk symmetrische opstand gemarkeerd door zwakke hoekrisalieten met inrijpoort en bekronend driehoekig fronton. Begane grond met platte banden doorlopend in de omlijstingen met diamantkopsleutels. Rechthoekige openingen. Bovenvensters in geriemde omlijstingen met orenUitstekend deel van sommige bouwelementen of -constructies, meestal louter decoratief., doorlopende ingediepte borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. op de eerste, bijkomende neuten op de tweede verdieping. Kroonlijst met klossenKraagstuk van een kroonlijst met verfijnd uitgesneden en/of gefreesd hangend element of drop. en tandlijst boven friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). en architraaf.
Oorspronkelijk drie bouwlagen en elk drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder zadeldak. Nr. 52 verhoogd tot vier bouwlagen en pseudomansarde door architect J. Van Kriekinge in 1912-1914. BepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. en beschilderde lijstgevel op hardstenen sokkel. Oorspronkelijk symmetrische opstand gemarkeerd door zwakke hoekrisalieten met inrijpoort en bekronend driehoekig fronton. Begane grond met platte banden doorlopend in de omlijstingen met diamantkopsleutels. Rechthoekige openingen. Bovenvensters in geriemde omlijstingen met orenUitstekend deel van sommige bouwelementen of -constructies, meestal louter decoratief., doorlopende ingediepte borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. op de eerste, bijkomende neuten op de tweede verdieping. Kroonlijst met klossenKraagstuk van een kroonlijst met verfijnd uitgesneden en/of gefreesd hangend element of drop. en tandlijst boven friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). en architraaf.
Bronnen
Archieven
SAB/OW 19388 (1885), 19416 (1912-1914).