Typologie(ën)

woning of opbrengsthuis (onbepaald)

Ontwerper(s)

Stijlen

Neoclassicisme

Inventaris(sen)

  • Het monumentale erfgoed van België. Schaarbeek (Apeb - 2010-2015)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2013-2014

id

Urban : 22903
lees meer

Beschrijving

Huis in neoclassicistische stijl met symmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit drie gelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de centrale travee wordt in vele gevallen rijker uitgewerkt en benadrukt door haar licht te laten uitspringen en/of door één of meerdere balkons; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers., 1886.

Verdiepte schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren. op de benedenverdieping. BossageIn oorsprong een gevelbehandeling waarbij ruwgehakte, rechthoekige blokken natuursteen uit de loodlijn steken en de gevel op die manier een fors, rustiek (rustica) karakter verleent; later op gevel vormelijk geïmiteerd door middel van uitspringend al dan niet bepleisterde bakstenen blokken of banden (doorlopende schijnvoegen). op de verdieping van de centrale traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Balkon met gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. MansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. uit 1930 (n.o.v. architect Vanlerberghe); houten dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. en boogvormig frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening., tussen oeils-de-boeuf. KroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). bewaard. Deur vervangen, misschien in 1930. RaamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. bewaard.

Bronnen

Archieven
GAS/DS 260-50.