Trooststraat 51
Paul Deschanellaan 225

Hoekappartementsgebouw in art-decostijl, arch. M. Claes, 1927.

Vijf bakstenen bouwlagen onder plat dak, versierd met bepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. zones. Symmetrische gevels van drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) in de P. Deschanellaan en en twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) in Trooststraat, verbonden door een stompe hoek.
In de P. Deschanellaan, traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) geflankeerd door kolossale pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel.. Oorspronkelijk, drie venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op de benedenverdieping, het laatste in 1933 getransformeerd in een etalage met centrale deur en in 1968 in een terugwijkende toegangsportiek. Op de verdiepingen, centrale balkons met stenen borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Op de zijtraveeën, trapezoïdale erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. op bakstenen lampetNeerwaartse beëindiging, afhangende versiering als aanzet van een balkon of erker. met talrijke uitsprongen en onder drieledig dak, bekroond door een gestapelde trapezoïdale erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. onder klokvormig dak.
Op elke traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) in Trooststraat, deur onder een smal vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. over de hele hoogte dat het trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. verlicht. Decor van bas-reliëfs met plantenmotieven.
Dak afgeboord door een stenen borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. gescandeerd door gecanneleerde pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. verbonden door smeedijzeren traliewerk. Een terugwijkende bijkomende verdieping is momenteel in aanbouw.
Bewaarde deuren aan de straatkant en bewaard raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. met metalen roedeverdeling met art-decomotieven voor de venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. die het trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. verlichten.

Aan de straatkant, driehoekig trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. met houten leuning met balustersVaasvormige spijl van een borstwering..