Typologie(ën)

sociale woonblok

Ontwerper(s)

J. VRANCKXarchitect1905

INCONNU - ONBEKEND1902

Stijlen

Eclectisme

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Het monumentale erfgoed van België. Schaarbeek (Apeb - 2010-2015)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Landschappelijk
  • Sociaal
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2010-2012

id

Urban : 20414
lees meer

Beschrijving

Geheel van vier woonkazernes in eclectische stijl, ontworpen in 1902 (nr. 25-27-29 en 31-33-35) en 1905 (nr. 21, 23) i.o.v. de Société Anonyme des Habitations ouvrières hygiéniques et économiques van Sint-Joost-ten-Node. Nr. 21 en 23 werden ontworpen door architect J. Vranckx.

Symmetrische gevels van vier bouwlagen en vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op de verdiepingen, in baksteen met elementen in de crèmekleurige of gele baksteen, hardsteen en similiBepleistering ter imitatie van natuursteen.. Centrale traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden. op nr. 21 en 23, inspringend op nr. 25-27-29 en 31-33-35. Decors van bakstenen op het hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel., en op de borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. van nr. 21 en 23, en in banden die de gevels belijnen. Centrale deuren geflankeerd door venstersLicht- en/of luchtopening in een muur.. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  met uitzondering van kroonlijstenStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). vervangen.

Op nr. 21, hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. met centrale boogfriesReeks van kleine (decoratieve) bogen, vaak steunend op kraagstenen..

Op nr. 25-27-29 en 31-33-35, identieke gevels. Bredere zijtraveeën, met een pui met deur en vitrine gescheiden door een gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. deelzuiltjeZuiltje dat een vensteropening verdeelt ter ondersteuning van een latei of de onderverdelende bogen., onder I-balkIJzeren latei met I-profiel.. Op de verdiepingen, lekdorpels met spuwerUitmonding van een goot of waterbekken waarlangs overtollig water wordt afgevoerd..

Bronnen

Archieven
GAS/DS 193-21-23.