Typologie(ën)

woning
architectenwoning

Ontwerper(s)

Jean DE LIGNEarchitect1912

Jean DE LIGNEarchitect1921-1923

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Art deco
Traditionalisme
Eclectisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2005

id

Urban : 17550
lees meer

Beschrijving

Geheel van verschillende huizen naar ontwerp van de architect Jean De Ligne.

De oudste woning dateert van 1912 (nr. 62) en is trouw aan de traditioneel eclectische bouwstijl. De andere woningen zijn ontworpen tussen 1921 en 1923. Zij vermengen de esthetiek van de art decoTendens tot de geometrisering van vormen en architecturale ornamenten die zich uitdrukt in het materiaal- en kleurgebruik. met traditionalistische elementen. Ze zijn geïnspireerd op de Nederlandse interbellumarchitectuur, typerend zijn de verschillende metselverbandenWijze waarop bakstenen aan de buitenzijde van een muur zijn gerangschikt. en blokramen.

Rationele architectuur met bakstenen gevels en, mits kleine uitzonderingen, rechthoekige muuropeningen. De woningen hebben twee of drie bouwlagen op, al of niet gehamerde, hardstenen sokkel. Bewaard schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  met geometrisch glas-in-lood in ramen en/of (vaste) bovenlichtenBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden..

Nr. 30-32. Hoekgebouw met handelszaak, toegeschreven aan arch. J. De Ligne, 1922. Drie bouwlagen en zes traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...); drie in Sint-Huibrechtsstraat, hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. en twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) in M. Liétardstraat; verspringende ingangstravee. Benedenverdieping heden wit geschilderd. Blokramen met kleine roeden tussen uitspringende muurdammen. Uitstekende kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement)..
Interieur van tweede bouwlaag verbouwd tot eetzaal n.o.v. arch. J.P. Blondel (1980).

Maurice Liétartstraat 34, drieledig kruiskozijn met gesloten luiken en geometrisch glas-in-lood in <a href='/nl/glossary/43' class='info'>bovenlichten<span>Bovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden.</span></a> (foto 2002).

Nr. 34
. Woning van 1923 met op benedenverdieping drieledig kruiskozijn met luiken; centraal in sokkel ingewerkte brievenbus. Rondboogvormige en half opengewerkte houten deur. Tweede bouwlaag met trapezoïdale erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. met schuiframen, dito raam in toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht.. Pseudo-mansarde tussen pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. met twee dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap..

Nr 44. Woning van 1922 met op benedenverdieping driedelig kruiskozijn met luiken en half opengewerkte houten deur. Brede vensterpartij in tweede bouwlaag met centraal licht uitstekend blokraam met glas-in-lood. Brede vensterpartij in derde bouwlaag met centrale witstenen muurdamParement tussen twee muuropeningen (vensters of deuren) in dezelfde bouwlaag. met arabeskenOrnament met slingerende grondlijn, bekleed met bladeren, bloemen, vruchten, gedeelten van mensen- of dierenbeelden in grillige vormen, maar op sierlijke wijze geschikt en aaneengestrengeld.. Houten kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op klossenKraagstuk van een kroonlijst met verfijnd uitgesneden en/of gefreesd hangend element of drop..

Maurice Liétartstraat 52, <a href='/nl/glossary/195' class='info'>portiek<span>1. Open galerij of zuilengang waarvan het dak op zuilen of arcades rust; - 2. Classicistische ruimte vóór een toegangsdeur die terugspringt of niet gelijk is met de voorgevel; - 3. Samenstel van twee zuilen onder architraaf die overgang tussen twee ruimtes accentueert.</span></a> (foto 2002).

Nr 52
. Enkelhuis opgetrokken vlg. bouwvergunning van 1921. Bakstenen gevel met twee bouwlagen op arduinen sokkel onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken. met brede dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap.. Op benedenverdieping rondboogvormige portiek1. Open galerij of zuilengang waarvan het dak op zuilen of arcades rust; - 2. Classicistische ruimte vóór een toegangsdeur die terugspringt of niet gelijk is met de voorgevel; - 3. Samenstel van twee zuilen onder architraaf die overgang tussen twee ruimtes accentueert. met half opengewerkte houten deur en in schuine wand smal vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. boven ingewerkte brievenbus, vloer met cementtegelsTegel op basis van cement, vaak polychroom versierd en gebruikt voor vloeren, friezen en borstweringen.; rechts breed blokraam. Tweede bouwlaag met bakstenen erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. op hardstenen consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. onder kort lessenaardak tussen licht verhoogde muurdammen; driedelig blokraam, borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met spiegels in contrasterend metselwerk. Muizentand op elke bouwlaag en kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement)..

Maurice Liétartstraat 56-58, glas-in-lood in T-vormig <a href='/nl/glossary/257' class='info'>venster<span>Licht- en/of luchtopening in een muur.</span></a> op benedenverdieping (foto 2002).

Nr 56-58. Architectenwoning van 1921. Voordien werkte de arch. in huis nr 62 (zie verder). Atelier en bureau op benedenverdieping en toegankelijk via rechterdeur, linkerdeur gaf toegang tot verdiepingen. Heden binneninrichting gewijzigd (n.o.v. arch. Patrick Jacqmot, 2001). Op benedenverdieping centraal T-vormig vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. met luiken en geflankeerd door houten deuren, links half opengewerkt; muizentand en belijnd door in- en uitspringend contrasterend metselwerk. Tweede bouwlaag met brede vensterpartij en omlijst door U-vormig spaarveld; muizentand en bekroond door tandlijst. Laatste bouwlaag met twee venstersLicht- en/of luchtopening in een muur.; muizentand en friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). van gegroefd verticaal metselwerk. Houten kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. Brede centrale dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap..

Nr 62. Architectenwoning van 1912 (bureau en atelier van de arch. tot 1921 zie nr 56-58). Witstenen elementen (sokkel, kordons, lateien en consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. erker). Muuropeningen met ontlastingsboogBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast.. Benedenverdieping met half opengewerkte deur en twee getraliede schuiframen, oorspronkelijk met houten luiken. In tweede bouwlaag centrale erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. onder klein schilddakDak met twee driehoekige dakvlakken aan de smalle zijde en twee trapeziumvormige aan de lange zijde. geflankeerd door spaarvelden; links met witstenen bas-reliëf waarin uil met passer en datum “1912”, en rechts met klein vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. onder rechthoekige nis. Sierankers. Houten kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op modillonsRechthoekig kraagstuk, ter versiering van een kroonlijst.. Centrale dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap..

Nr 64. Woning i.o.v. en toegeschreven aan arch. J. De Ligne, 1923. Gehamerde hardstenen elementen (plint en dorpels). Benedenverdieping met houten deur en klein getralied blokraam geflankeerd door groot kruisvormig en getralied blokraam. Op verdiepingen drie smalle venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. vlg. afnemende grootte ingeschreven in één spaarveld; doorlopende  muurdammen en spiegels in borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. derde bouwlaag, tweede bouwlaag metalen vensterleuningenLage, versierde leuning boven een onderdorpel, meestal in metaal.. Houten kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. Centrale drieledige dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap..

Bronnen

Archieven
GASPW/DS 30: 222 (1922), 155 (1980); 34: 614 (1923); 44: 369 (1922), 100 (1927); 52: 149 (1921); 56-58: 104 (1921), 168 (2001); 62: 26 (1912), 169 (2001); 64: 578 (1923).
Fonds Jean De Ligne, AAM.

Publicaties en studies
BURNIAT, P., PUTTEMANS, P., VANDENBREEDEN, J., Moderne architectuur in Brussel. Gids, Éditions de l'Octogone, Brussel, 2000, p. 127.
Jean de Ligne. Architecte. Membre de l'Académie Royale de Belgique. Paroles d'éloges prononcées par l'architecte Albert Bontridder, s.l., s.d.
MARTINY, V.-G., Une école d'architecture, des tendances, 1766-1991, Brussel, 1992, pp. 140-141.

Tijdschriften
44
: “Maison rue Maurice Liétard, 30 à Woluwe-Saint-Pierre, arch. Jean De Ligne”, L'Émulation, 10, 1924, pl. 41.
56-58: “Maison rue Maurice Liétard, 42 à Woluwe-Saint-Pierre, arch. J. De Ligne”, L'Émulation, 11, 1924, p. 167, fig. 43.