Typologie(ën)

burgerwoning
woning

Ontwerper(s)

J. MICHELarchitect1914

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Eclectisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

1993-1995

id

Urban : 15217
lees meer

Beschrijving

Eclectisch herenhuis met vier bouwlagen en twee ongelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken., waarvoor bouwaanvraag van 1914, n.o.v. arch. J. MICHEL.

Gevel in oranje baksteen met veelvuldig gebruik van similiBepleistering ter imitatie van natuursteen. voor onder andere onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen., negblokomlijsting en lateien. Begane grond met in hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. garagepoort ; tweede en derde bouwlaag geaccentueerd door een gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. met balusterbekroning. Fraaie decoratie met onder meer cartouchesOmlijsting van een uitspringend vlak in de vorm van ingesneden en omkrullend papier of leer; vaak met opschrift of intern versierd. en guirlandes. Getoogd deurvenster met negblokomlijsting in de vierde bouwlaag. Typische deurtravee met houten paneeldeur ; op de verdiepingen respectievelijk twee rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. onder latei en ontlastingsboogBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast. en één getoogd vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. ; muuropeningen met negblokomlijsting en balusterversiering op de borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. ArchitraafHoofdbalk; het onderste, dragende deel van een klassiek hoofdgestel, meestal geleed door banden. rustend op kleine consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief..

Bronnen

Archieven
GAEtt./OW 6912 (1914).