Onderzoek en redactie

2014-2016

 

Bekijk de weerhouden gebouwenLange rechte straat met aanvang op het rond punt van het Hoogte Honderdplein en eindigend op het plantsoen gevormd met de Zevenbunderlaan en de Neptunuslaan. Het kruist de Maarschalk Joffrelaan.

De laan maakt deel uit van een stervormig stedenbouwkundig geheel waarin acht rechte straten naar het Hoogte Honderdplein reiken met de Sint-Augustinuskerk als centraal punt. Het ontwerpplan dateert van 1899 en behelst een vastgoedoperatie dat grotendeels tot stand kwam dankzij de Société Anonyme des Villas de Forest en zijn spilfiguur Alexandre Bertrand. Het project omhelst de nieuwe Sint-Augustinuswijk waarvan de kern het cirkelvormig plein vormt en de grenzen worden afgelijnd door het park van Vorst (noordzijde), de Alsembergse steenweg (oostzijde), de huidige Joseph Bensstraat (zuidzijde) en het Dudenpark en huidige Domeinlaan (westzijde). De gronden aangekocht door de Société Anonyme waren grotendeels afkomstig van het domein Zaman waaronder Zevenbunder en Galgeveld. De gemeente Vorst keurde het plan in 1901 goed en de definitieve rooilijnen werden bekrachtigd bij K.B. van 04.05.1901.
Om de verbinding tussen de reeds bestaande parkenwijk (getekend door wegeninspecteur Victor Besme in 1875) en de nieuwe Sint-Augustinuswijk te verbeteren werd een nieuw plan uitgewerkt door de belgische staat en de gemeente Vorst. Dit plan werd goedgekeurd bij K.B. van 08.02.1912.

Werd oorspronkelijk Beernaertlaan genoemd, maar werd rond 1910 gewijzigd naar zijn huidige benaming. Net als de Steekspelstraat en de Schermstraat verwijst de straatnaam naar de tornooicultuur uit de Middeleeuwen.

De meeste huizen in het begin van de straat dateren van de periode van voor de Eerste Wereldoorlog (tussen 1906 en 1914), terwijl de gebouwen - verder naar het kruispunt met de Maarschalk Joffrelaan en naar het einde van de straat – voornamelijk werden gebouwd tijdens het interbellum (tussen 1924 en 1936). Het betreft opbrengsthuizen of bescheiden burgerhuizen met twee tot vier bouwlagen. Hierin kunnen we twee gehelen herkennen die zich onderscheiden door hun gelijkaardige indeling, repetitieve gevelelementen en identieke bouwmaterialen; de nr. 13 tot 17 n.o.v. architect Léon Janlet uit 1906-1908, en de nr. 19 tot 25 n.o.v. architect Camille Damman uit 1912. Nr. 17 met bewaard schrijnwerk werd in 1929 echter voorzien van een vierde bouwlaag. Het geheel van opbrengsthuizen op de nr. 14 tot 18 werd gebouwd in opdracht van Florimont Stiernet volgens de plannen van landmeter Fernand Stiernet (1913-1914). Terwijl de twee eerste huizen identiek werden gebouwd volgens repeterend schema, verschilt de nr. 18 gezien zijn bouwhoogte - maar drie bouwlagen - en materiaalkeuze - simili en witsteen i.p.v. lichtgekleurde baksteen.

De huizen werden gebouwd in eclectische stijl met invloeden uit de neogotiek (nr. 20), de art nouveau (nr. 10) en de art deco (nr. 7 en 54). De nr. 36 tot 48 vormen een coherente huizenrij van bakstenen gebouwen van twee tot drie bouwlagen met typerende erkers. Nr. 40 bestaat uit een eclectisch gebouw waarbij de bakstenen en witte pleisterlagen een geometrisch spel vormen (René Housiaux, 1926).

Een groot aantal gebouwen werden opgericht door architecten die zeer actief waren in Vorst en meer in het algemeen het Brussels grondgebied. Zo citeren we Camille Damman die de school nr. 37-39 bouwde (zie nr.) en nr. 22 dat een groot deel van zijn waarde verloor door de vervanging van de ijzeren borstwering en de verdwijning van de sgraffiti (1907). Ook melden we de architecten Léon Deltombe (nr. 52, 75 en 90), Isidore Henrotay (nr. 44-46 en 80), Gaston Ide waarvan het persoonlijke huis zich op nr. 27 bevond (zie dit nr. zowel als nr. 47 en 81), Léon Janlet (nr. 10, 13, 15, 17 en 94) en Fernand Stiernet (nr. 14-18). Architect en stedenbouwkundige Paul Posno bouwde in 1928 het nr. 77 bestaande uit een burgerwoning met art deco inslag, hiervan getuigen de getrapte dagkanten en lampet van de erker zowel als de dorpels met spuwers.

Op nummers 37-39 bouwde Camille Damman in opdracht van Alexandre Bertrand – één van de belangrijkste bouwpromotors van de Hoogte Honderdwijk – in 1904 een meisjespensionaat en klooster voor de Société des Soeurs de Sainte Ursule de la Vierge Bénie (zie nr.). Het gebouw valt op door zijn brede neogotische gevel van 11 traveeën. Het schoolgebouw werd doorheen de jaren verschillende malen vergroot en uitgebreid en bestaat uit een omvangrijk huizenblok dat tot aan de Victor Rousseaulaan reikt.

De twee hoekhuizen langs het Hoogte Honderdplein sluiten veeleer aan bij de typologie van het plein, waarbij de benedenverdieping als handelspand diende, met op nr. 1-3 oorspronkelijk een apotheek, en de verdiepingen werden ingericht als appartementen. Het gebouw werd in twee fasen opgericht (1933 en 1935) door Léon De Greef.
De gebouwen op het einde van de straat bestaan uit grote appartementsblokken gebouwd in de jaren 1950 en 1960.

Bronnen

Archieven
GAV/OW dossier 45, KB 08.02.1912.
GAV/DS 1-3: 12026 (1933), 12598 (1935); 7: 4622 (1908), 6369 (1913), 20559 (1983); 10: 4361 (1907), 10121 (1928); 14: 6494 (1914), 6658 (1914), 8799 (1925), 9719 (1928), 11616 (1932), 12709 (1935); 16: 6404 (1913), 6434 (1914), 6658 (1914), 14214 (1941), 16886 (1956), 23861 (2007); 17: 4626 (1908), 10294 (1929); 18: 6544 (1914), 6658 (1914), 8739 (1925); 20: 5047 (1909); 40: 8905 (1926), 18608 (1964); 54: 11821 (1932); 77: 9728 (1928); 80: 11017 (1930); 94: 8591 (1925), 14177 (1941), 15915 (1952).

Publicaties en studies
CABUY, Y., DEMETER, S., LEUXE, F., Atlas van de archeologische ondergrond van het Gewest Brussel, 4, Vorst, MRBC – MRAH, Brussel, 1993. 
FRANCIS J., La chanson des rues de Forest, Louis Musin éditeur, Brussel, 1976, p.34.
PIRLOT, A.-M., De Hoogte Honderdwijk, GOB, Brussel 2014 (Brussel, stad van kunst en geschiedenis, 53), p. 41.
VOKAER, J.-P., Par les rues de Forest. Études sur la toponymie locale, Imp. Cantrin, Brussel, 1954, p. 97.