Typologie(ën)
burgerwoning
Ontwerper(s)
INCONNU - ONBEKEND – 1891
Stijlen
Eclectisme
Inventaris(sen)
- Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
- Het monumentale erfgoed van België. Sint-Joost-ten-Node (DMS-DML - 1994-1997)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
1993-1995
id
Urban : 10502
Beschrijving
Eclectisch pand volgens bouwaanvraag van 1891.
Geveldecoratie ontleend aan de Vlaamse renaissance (smeedijzeren sierankers) en het neoclassicismeArchitectuurstroming (vanaf eind 18e eeuw tot ca. 1914) met voorliefde voor orde en symmetrie, gekenmerkt door bepleisterde en wit beschilderde lijstgevels die het stadsbeeld uniformiseren. Verhoudingen en vormentaal van deze stroming evolueren met de tijd. (kroonlijst met tandlijst en klossen). Drie bouwlagen en drie ongelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met links brede ingangstravee en rechts twee gegroepeerde traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden.. Lijstgevel in rode baksteen op arduinen sokkel. Decoratief gebruik van Franse steen: vensteromlijsting met hoekblokken, banden, hoekkettingen en sleutels. Rechthoekige muuropeningen, in arduinen omlijsting op begane grond. Links inrijpoort, waarachter oude stallen (1892). Op eerste verdieping doorlopend balkon voor twee rechtertraveeën, ijzeren leuning.
Geveldecoratie ontleend aan de Vlaamse renaissance (smeedijzeren sierankers) en het neoclassicismeArchitectuurstroming (vanaf eind 18e eeuw tot ca. 1914) met voorliefde voor orde en symmetrie, gekenmerkt door bepleisterde en wit beschilderde lijstgevels die het stadsbeeld uniformiseren. Verhoudingen en vormentaal van deze stroming evolueren met de tijd. (kroonlijst met tandlijst en klossen). Drie bouwlagen en drie ongelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met links brede ingangstravee en rechts twee gegroepeerde traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden.. Lijstgevel in rode baksteen op arduinen sokkel. Decoratief gebruik van Franse steen: vensteromlijsting met hoekblokken, banden, hoekkettingen en sleutels. Rechthoekige muuropeningen, in arduinen omlijsting op begane grond. Links inrijpoort, waarachter oude stallen (1892). Op eerste verdieping doorlopend balkon voor twee rechtertraveeën, ijzeren leuning.
Bronnen
Archieven
GASJ/DS/OW 4136 (1891), 4296 (1892).