Typologie(ën)

klooster/abdij

Ontwerper(s)

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Modernisme
Neoclassicisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

1993-1995

id

Urban : 15668
lees meer

Beschrijving

Imposant herenhuis van omstreeks 1840 volgens U-plan. De brede straatgevel heeft haar oorspronkelijk neoclassicistischArchitectuurstroming (vanaf eind 18e eeuw tot ca. 1914) met voorliefde voor orde en symmetrie, gekenmerkt door bepleisterde en wit beschilderde lijstgevels die het stadsbeeld uniformiseren. Verhoudingen en vormentaal van deze stroming evolueren met de tijd. geïnspireerde decoratie verloren, zoals te zien op een plan van de gevelopstand van 1913: rechthoekige muuropeningen, op begane grond onder sobere entablementenHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles., op eerste verdieping onder afwisselend gebogen en driehoekig frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening..
Ingangstravee in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden. en ingeschreven tussen pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. met brede deur waarboven balkon met balustradeHekwerk van spijlen of balusters. en puilijst opgenomen plintHoge plint van een gevel; fungeert als voetstuk in ordonnantie van de gevel..

Sindsdien heeft het pand talrijke wijzigingen ondergaan: verhoging van de tweede verdieping en toevoeging van een derde in 1911, n.o.v. arch. A.J. OTTO; in 1913 constructie van een bijgebouw in de tuin met vijf bouwlagen en acht traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) volgens plannen van dezelfde arch. en voltooid door J. VAN DEN EYNDE.
Wijziging achtergevel in 1923; grondige verbouwing van voorgevel in de jaren 1950.

Heden vier bouwlagen en negen traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder plat dak, gevelritmering ontstaan door vensterregistersDoorlopende horizontale aaneenschakeling van vensters., afgewisseld met panelen1. Dunne (houten) plaat, gevat in een omlijsting van stijlen en regels van deuren, lambriseringen en plafonds; - 2. Gevelversiering in de vorm van een in- (spiegel) of uitspringende (paneel) rechthoekige omlijsting. op borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. in gele baksteen met dambordmotief en geledende betonnen vlakke pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. en kordonsUitspringende, horizontale geleding over de hele breedte van een gevel, om verdiepingen te markeren of als verlenging van de (lek)dorpels..
Achtergevel in cementen parementGevel- of muurbekleding. op zware plintHoge plint van een gevel; fungeert als voetstuk in ordonnantie van de gevel.. Negen traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met middenrisaliet en hoekrisalieten van telkens twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Eerste twee bouwlagen met sporen van originele decoratie in natuursteen, o.a.: pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. aan weerszijden van muuropeningen, geornamenteerde entablementenHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles., rondboogvensters met imposten. Voor het merendeel rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., in hoek- en middentravee getoogdeBoog die minder dan een halve cirkel beschrijft; boog in de vorm van een cirkelsegment. Bij vensters spreekt men dan van een getoogd venster of steekboogvenster. en rondboogvensters in de eerste bouwlaag.

Bijgebouw uit 1913 met bakstenen lijstgevel in eclectischeVeel voorkomende stijl (ca. 1850-1914) die inspiratie put uit verschillende architectuurstijlen uit het verleden. Komt door de combinatie van enerzijds verschillende stijlelementen en anderzijds nieuwe technieken en materialen tot een unieke eigentijdse creatie. stijl. Traveeverdeling door lisenenDecoratieve, uitspringende, verticale geleding, vaak met andere liseen verbonden door boog(fries).. GetoogdeBoog die minder dan een halve cirkel beschrijft; boog in de vorm van een cirkelsegment. Bij vensters spreekt men dan van een getoogd venster of steekboogvenster. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., brede muuropeningen op begane grond, gekoppeldTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. en onder ontlastingsboogBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast. op verdiepingen. Overkragende baksteenfries op getrapteGevel met een driehoekige bekroning die trapsgewijs versmalt. consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief..

Interieur: met originele lambriseringenWandbetimmering, meestal bestaande uit paneelwerk, aangebracht tegen een binnenmuur (vaak het onderste gedeelte ervan); later ook in marmer, stucwerk, … en stucplafonds, o.a. in de hal. Naar kapel leidende vleugeldeur onder imposant entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles. en cartoucheOmlijsting van een uitspringend vlak in de vorm van ingesneden en omkrullend papier of leer; vaak met opschrift of intern versierd. met de verstrengelde initialen "H.M.".

Bronnen


Archieven

GASJ/DS/OW 8272 (1911), 8652 (1913), 9603 (1923).