Typologie(ën)

appartementsgebouw
historische lift

Ontwerper(s)

Marcel JULIENarchitect1924-1928

Charles LEFEVREarchitect1924-1928

Louis DUHAYONarchitect1924-1928

SOCIETE BELGE IMMOBILIEREbouwpromotor / vastgoedontwikkelaar1924-1928

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Beaux-Artsstijl
Neo-Lodewijk XV, neorococo

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

1997-2004

id

Urban : 1254
lees meer

Beschrijving

Op hoek met Veydtstraat, groot ensemble van drie appartementsgebouwen in Beaux-ArtsstijlArchitectuurstroming (ca. 1905-1930) met reminiscenties aan de grote Franse architectuurstijlen uit de 18e eeuw. Rijk en zorgvuldig gedecoreerde gevels in natuursteen en/of simili of in combinatie met baksteen. Borstweringen en poorten in fraai uitgewerkt smeedwerk., i.o.v. Société belge immobilière en n.o.v. architecten Lefèvre, Duhayon et Julien, respectievelijk van 1928, 1924 en 1925.

Eenvormige gevel met vier bouwlagen en attiekverdiepingVerdieping (soms halve verdieping), gelegen net boven de kroonlijst of als terugspringende hoogste verdieping van een gebouw.  onder mansarde; twaalf ongelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) in Blanchestraat en vijf traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) in Veydtstraat aan weerszijden van hoektoren.
Bakstenen gevel met simili-elementen. Hoge getoogde souterrainvensters. Benedenverdieping met schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren.; rechthoekige of korfboogvensters met smeedijzeren borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust..

In Blanchestraat drie beglaasde smeedijzeren vleugeldeuren met steekboogBoog die minder dan een halve cirkel beschrijft; boog in de vorm van een cirkelsegment. Bij vensters spreekt men dan van een getoogd venster of steekboogvenster. waarboven oculusKlein rond, ovaal of polygonaal venster.. Op verdiepingen venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. in omlijsting met hoekblokken. In tweede bouwlaag rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met balustradeHekwerk van spijlen of balusters.. In derde bouwlaag rondboog- of korfboogvensters met mascaronsleutel; Franse balkonsBorstwering tussen de dagkanten van een naar binnen openslaand venster dat tot de vloer doorloopt. met smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. In vierde bouwlaag rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met smeedijzeren vensterleuningLage, versierde leuning boven een onderdorpel, meestal in metaal.. Hoog hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. met gegroefde panelen en kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op mutuli. AttiekverdiepingVerdieping (soms halve verdieping), gelegen net boven de kroonlijst of als terugspringende hoogste verdieping van een gebouw.  met rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. en doorlopende  balustradeHekwerk van spijlen of balusters..

Enkele traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. oplopend tot in attiekverdiepingVerdieping (soms halve verdieping), gelegen net boven de kroonlijst of als terugspringende hoogste verdieping van een gebouw.  onder frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening. of gebogen frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening. met gesculpteerd boogveldEen vlak omsloten door de binnenbegrenzing van een boog en de horizontale lijn die de aanzetten verbindt; meestal boven muuropeningen en soms versierd (beeldhouwwerk, blinde traceringen, cementtegels, …)., en bekroond door  een geribte koepelBolvormig gewelf op cirkelvormige, elliptische, vierkante of veelhoekige basis. met rondboogvormige dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap.. Overige dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. rechthoekige. Neorococo smeedwerk.

De gebouwen zijn voorzien van oorspronkelijke Otisliften.

Bronnen

Archieven
GASG/DS 35: 399 (1928); 37: 1575 (1924); 39 (1925).