Voglerstraat

De Voglerstraat eindigt in een bocht en verbindt het kruispunt gevormd door de Haachtsesteenweg, de Ernest Laudestraat en het Poggeplein met dat gevormd door de Ernest Discaillesstraat, de Joseph Brandstraat en het Houffalizeplein.

De straat stond al op een plan getekend door Jacob van Deventer tussen 1550 en 1565 en vormde een van de wegen van het oude dorp Schaarbeek, een gebogen weg die toen de rue des Génisses [Vaarzenstraat] heette. Langs deze weg stonden enkele hoeven, aan de kant van de Haachtsesteenweg. De verbreding ervan tot twaalf meter werd verordend bij K.B. van 26.11.1885. De straat kreeg haar huidige tracé echter pas begin jaren 1900.

In 1902 kreeg de straat haar nieuwe naam, als eerbetoon aan Chrétien Vogler (Ems, 1829 – Schaarbeek, 1902), een Duits industrieel die aan de gemeente een terrein aan het einde van de straat schonk voor de bouw van een schoolrefter (zie nr. 38).

Behalve nr. 24-26, een klein gebouw van vóór 1885, werd de straat aan pare zijde bebouwd in de jaren 1890 tot begin jaren 1910. De eerste gebouwen zijn bescheiden huizen met neoclassicistische invloed en met één verdieping; sommige zijn verhoogd. Drie huizen liggen achter de rooilijn, nr. 12 (tussen 1891 en 1894), 14 en 16 (tussen 1894 en 1899). Huizen van dit type werden tot halfweg de jaren 1900 gebouwd. Rond 1910 werden hoofdzakelijk huizen van drie bouwlagen in eclectische stijl opgetrokken.

De onpare zijde van de straat werd volledig in 1905-1906 ontworpen. Vermelden we de voormalige atelierwoning van de schilder Alfred Ruytinx (1871 – 1908), in art-nouveaustijl en versierd met een opmerkelijk sgraffito (zie nr. 17). Het past harmonieus in een bijzonder homogene huizenrij in eclectische stijl van nr. 1 tot nr. 23, tussen twee gehelen (nr. 1 tot 15 en 19, 21) gebouwd voor eenzelfde eigenaar, het eerste n.o.v. architect Clément Degraeve.