Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Beaux-Artsstijl

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

1993-1995

id

Urban : 13944
lees meer

Beschrijving

Woning in Beaux-ArtsstijlArchitectuurstroming (ca. 1905-1930) met reminiscenties aan de grote Franse architectuurstijlen uit de 18e eeuw. Rijk en zorgvuldig gedecoreerde gevels in natuursteen en/of simili of in combinatie met baksteen. Borstweringen en poorten in fraai uitgewerkt smeedwerk. ,1910.

Drie bouwlagen + souterrainHoge kelder of half verzonken verdieping.. Lijstgevel in natuursteen en similiBepleistering ter imitatie van natuursteen. op hoge arduinen sokkel met groot getralied schouderboogvormig souterrainvenster. Vleugeldeur in schouderbogige omlijsting met kwarthol beloop; bekronend steekbogig vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. met halfronde stijlen onder waterlijstVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen.. Rechts groot schouderboogvormig vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. in geprofileerde omlijsting; balustersVaasvormige spijl van een borstwering. op borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Eerste verdieping gedomineerd door trapezoïdale erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. onder dak, plint opgenomen in kordonlijst, drie steekboogvensters, bekronend balkon. Op tweede verdieping rondbogig drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. met centraal deurvenster, aan weerszijden geflankeerd door Ionische pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. die geriemde architraafHoofdbalk; het onderste, dragende deel van een klassiek hoofdgestel, meestal geleed door banden. steunen. Gebogen gevelbeëindiging op gestrekte uiteinden met doorlopende  paneelfries en houten kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). met tandlijst.

Bronnen

Archieven

GAEtt./OW 557 (1910).