Typologie(ën)

appartementsgebouw

Ontwerper(s)

Adrien BLOMMEarchitect1926

Stijlen

Traditionalisme

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Het monumentale erfgoed van België. Etterbeek (DMS-DML - 1994-1997)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

1993-1995

id

Urban : 14116
lees meer

Beschrijving

Terugwijkend appartementsgebouw volgens bouwaanvraag van 1926 en n.o.v. arch. Adrien BLOMME.

Vijf bouwlagen + attiekverdiepingVerdieping (soms halve verdieping), gelegen net boven de kroonlijst of als terugspringende hoogste verdieping van een gebouw.  en vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder pannen zadeldakDak met twee hellende dakvlakken.. Gevel in baksteen van Boom met decoratieve elementen in similisteen en pleisterkalk voor de borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. en de attiekverdiepingVerdieping (soms halve verdieping), gelegen net boven de kroonlijst of als terugspringende hoogste verdieping van een gebouw. . Verticaliserend effect versterkt door ingangstravee in licht risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden. en geblokte pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. waartussen links één traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) en twee rechter traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op verdiepingen zijn ingeschreven. Rechthoekige muuropeningen met houten roedenverdeling, panelen met ruitmotief volgens metselverbandWijze waarop bakstenen aan de buitenzijde van een muur zijn gerangschikt. in derde en vierde bouwlaag. In eerste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) rechthoekige dienstingang met bekronend vensterLicht- en/of luchtopening in een muur.. In tweede traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) portaal1. In muur uitgespaarde ruimte voor een deur of toegang; - 2. Meer gesloten, voor of achter een gebouw geplaatste beschutting (voorbouw, vestibule). van barokke inspiratie met rondboogdeur onder gestrekte waterlijstVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen. ; bekronende pseudo-aedicula voorzien van rechthoekig muuropening onder frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening. en vleugelstukken ; decoratief paneel onder eerste kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement)..

Bronnen

Archieven
GAEtt./OW 7841 (1926).